Interview

Noord-Brabant: grote fusie onderwijs en kinderopvang voor meer kansengelijkheid

Per 1 januari 2023 fuseren vier Brabantse onderwijsorganisaties met de Kinderopvanggroep. Door hun krachten te bundelen verwachten de organisaties beter te kunnen aansluiten bij de ambitie van het kabinet om een rijke schooldag voor kinderen te realiseren. Samenwerken aan een doorlopende ontwikkellijn van 0 tot 13 jaar draagt volgens de fusiepartners bij aan een kansrijke start voor elk kind.

Een mix van voorzieningen voor alle kinderen tot 13 jaar, waar ze samen spelen en leren. Dat is mogelijk als kinderopvang en onderwijs vanuit één pedagogisch-didactische visie werken aan doorgaande ontwikkel- en leerlijnen en een rijk dagarrangement. Volgens enkele Brabantse besturen in onderwijs en kinderopvang (zie kader) kan dat het beste door als kinderopvang met het onderwijs te fuseren. Per 1 januari 2023 is deze fusie een feit en gaat de Kinderopvanggroep op in de vier schoolorganisaties. Wat gaat dit opmerkelijke initiatief bijdragen aan de gelijke ontwikkelingskansen van kinderen? Voor Geert de Wit, bestuurder van Stichting Kinderopvanggroep, is het duidelijk: juist een fusie zorgt voor kansengelijkheid. "Samen profiteren van extra aanbod helpt kinderen sterke, onafhankelijke volwassenen te worden. Met de regie in één hand veranker je de waarde van kinderopvang in de strategie van een nieuwe organisatie voor kindontwikkeling."

Een doorgaande leer- en ontwikkellijn voor alle kinderen vergt ‘vloeiende overgangen’ en ‘flexibiliteit over bestaande groepsindelingen heen’, zoals de fusiepartners het in hun visiedocument opschrijven. Marcel van den Hoven, bestuurder bij Tangent: "Met alle kinderen onder één regie kun je ontwikkelachterstanden veel eerder aanpakken. Ze komen vanaf groep 3 ook beter voorbereid aan de start." Nol van Beurden, bestuurder bij SKOzoK: "Onder meer met Fontys willen we ook wetenschappelijk aantonen dat het werkt, zodat anderen ervan kunnen leren. Neemt het aantal speciaal onderwijs-verwijzingen significant af? Of verbetert de inclusie, doordat een bovengemiddeld aantal kinderen uit eenoudergezinnen of uit andere culturen goed doorstroomt?"

Geen blauwdruk

De beoogde integratie betekent niet dat er uitsluitend integrale kindcentra ontstaan; de losse locaties voor kinderopvang en BSO gaan mee en de nieuwe organisatie blijft daar verantwoordelijk voor. Het is ook zeker niet de bedoeling de kleine kinderopvangpartners als het ware op te slokken, benadrukt De Wit. "Een fusie is geen doel maar een middel. Je schept er de voorwaarden mee om als professionals samen te werken als één team." Volgens Van den Hoven is dat samenwerken niet iets vrijblijvends: "Als fusieorganisatie leggen we een ambitie neer. Het is aan externe partners of zij daarin met ons meewillen." Van Beurden is er optimistisch over, omdat veel kinderopvangorganisaties maatschappelijk geëngageerd zijn en zich nieuwsgierig tonen naar wat hier gebeurt. "Ik zie een mix van voorzieningen die elkaar aanvullen, inclusief ketenpartners die meer of minder specialistische ondersteuning kunnen bieden."

Voorop staat steeds de inhoudelijke samenwerking aan leer- en ontwikkellijnen. Zoals het in het visiedocument staat: "We werken vanuit één pedagogisch-didactische visie voor kinderopvang en primair onderwijs, per locatie afgestemd op de betreffende doelgroep(en)." De Wit benadrukt het belang van ‘veelkleurigheid’. Dus geen blauwdruk maar een divers palet aan voorzieningen, dat per buurt weer anders kan zijn. Van den Hoven: "In Tilburg doen we overigens wel veel onder één dak. Toch hebben ook de stand-alone kinderdagverblijven absoluut bestaansrecht. Je sluit steeds aan bij wat er in de buurt al aanwezig is. Maar je maakt er samen één samenhangend geheel van, aansluitend bij het natuurlijke ritme van een dag."

Integrale financiering

Om dat te realiseren, vervolgt Van den Hoven, is wel wat hulp van de rijksoverheid nodig. De kinderopvang wordt door het loslaten van de koppeling met het aantal door ouders gewerkte uren en een veel hogere toeslag vanaf 2025 vrijwel gratis voor werkende ouders. Dat helpt beslist al. Maar het is niet genoeg om als fusieorganisatie optimaal te kunnen aansluiten bij de inzet van het kabinet op een rijke schooldag voor alle kinderen. Welke boodschap hebben de drie bestuurders voor Dennis Wiersma, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, en Karien van Gennip, die als minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de kinderopvang gaat? De Wit verwijst naar eerdere ideeën van de voormalige Regiegroep Kindcentra 2020: zorg dat gelden voor onderwijs en kinderopvang gemengd kunnen worden. De Wit: "Creëer een wettelijk kader waaraan deze integrale voorzieningen moeten voldoen, zodat die rijke schooldag niet langer vanuit twee aparte geldstromen komt." Het ideaal: kinderopvang publiek gefinancierd, als basisvoorziening.

Volgens De Wit is het een voorwaarde om tegemoet te komen aan wat het regeerakkoord zegt over het optimaliseren van de afstemming tussen onderwijs en kinderopvang. Van Beurden valt hem bij met een pleidooi voor het harmoniseren van de geldstromen. "De politiek wil via de financiering te veel de greep houden op het hoe. Ik zeg: laat de politiek zich beperken tot het wat. Als besturen in onderwijs en kinderopvang kunnen wij de ideeën rond kansengelijkheid heel goed concreet vormgeven." De Wit verwijst naar een rapport van het Platform de Toekomst van Arbeid, dat ook voor een rijke schooldag pleit. "Efficiënt integreren van onderwijs en kinderopvang creëert precies de voorwaarden voor het investeren in mensen waar dit rapport voor opteert."

De inhoud voorop

De drie bestuurders zijn intussen positief over de stelselwijziging rond de kinderopvang. Volgens Van Beurden krijgen de beschikbare middelen daardoor in elk geval een meer structureel karakter. De Wit ziet kansen voor een stabielere, minder conjunctuurgevoelige financiering van de kinderopvang. "Lange tijd hebben we vanwege bezuinigingen vooral mensen moeten ontslaan, nu zijn we als een razende bezig weer voldoende professionals in huis te krijgen. De kinderopvang is nog altijd een markt met veel risico’s. Maar een stabiele financiering gaat de samenwerking met het onderwijs en andere ketenpartners zeker verbeteren." Dat brengt ook een andere ambitie van de fusiepartners dichterbij: samen met jeugdzorg, jeugdhulp en schoolmaatschappelijk werk interprofessionele samenwerking in het belang van kind en ouder vormgeven.

Hebben de geïnterviewden nog suggesties voor collega-bestuurders? Van Beurden: "Begin bij de inhoud, dus met je visie op kind en ontwikkeling. En sluit vervolgens goed aan bij wat er al is in de regio." De Wit: "Maak er vooral maatwerk van." Van den Hoven: "En doe dat steeds samen. Als onderwijsbestuurder stap je in een deels nog onbekende wereld. Verzamel dus mensen om je heen die kennis en kunde hebben." De Wit, ten slotte: "Er zijn allerlei samenwerkingsvormen denkbaar. Maar als je fuseert, doe dat dan in alle gevallen op basis van gelijkwaardigheid. Bij onze fusie voelen we allemaal dat we er als gelijken in zitten. Onze tip: ga steeds respectvol om met de belangen van de kleinere partijen en stel het gezamenlijke doel centraal: optimale kansen creëren voor álle kinderen."

De fusiepartners

De fusie vindt plaats tussen de vier onderwijsbesturen Opmaat groep, Tangent en Xpect Primair uit Tilburg en SKOzoK in Zuid-Oost Brabant, en de Kinderopvanggroep. Onder deze groep vallen de volgende organisaties: Kinderstad Tilburg, Kindercrèche, Sterre Kinderopvang, Kinderopvang Thuis, Peuterdorp, Kinderstad Waalre, Horizon Kinderopvang, International Childcare Eindhoven, BOOST en Servicebureau Kinderopvang.

Chris van Meurs, vicevoorzitter PO-Raad: 

"De ambitie van de kinderopvang- en schoolorganisaties in Tilburg en omgeving sluit goed aan bij de missie van de PO-Raad: samen voor goed onderwijs voor ieder kind. Dit begint al voor het vierde levensjaar, als de meeste kinderen naar de basisschool gaan. Dan hebben ze er al een hele ontwikkeling op zitten. Juist daarom is de voorschoolse periode zo belangrijk. Wij pleiten dan ook samen met  kinderopvangpartners en de VNG voor een bredere toegankelijkheid van de kinderdagopvang en buitenschoolse opvang voor álle kinderen. Voor de ontwikkeling van het kind en om kansengelijkheid te bevorderen. Het onderwijs kan kansenongelijkheid niet oplossen, maar we kunnen wel een bijdrage aan de oplossing leveren. We volgen de implementatie van de fusie in Tilburg en omgeving en andere soortgelijke bewegingen tussen Onderwijs en Opvang, daarom met veel interesse."

Loes Ypma, Voorzitter Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang (BMK):

“Tilburg is een prachtig voorbeeld waar vanuit op een gelijkwaardige manier, vanuit de gezamenlijke opdracht voor kinderen en vanuit één pedagogisch-didactische visie wordt samengewerkt. Het kabinetsbeleid zet met rechtstreekse inkomensonafhankelijke financiering de eerste stap, het legt de basis voor kinderopvang als basisvoorziening. De volgende stap is kinderopvang toegankelijk maken voor iéder kind, ongeacht of je ouders werken of niet en zonder financiële drempel. Landelijk en lokaal trekken we graag samen op om kansenongelijkheid te bestrijden. Onze kinderen verdienen het! Dit voorbeeld verdient een compliment en is inspirerend voor de rest van Nederland.”

Bestuurders van de deelnemende organisaties ondertekenen de fusie van onderwijs en kinderopvang in Tilburg

Onze professionals staan voor je klaar

Stel je vraag of zoek een opleiding

Contact met de Juridische Helpdesk

Heb je een juridisch vraag? Als lid van de PO-Raad kun je via de pagina van de Juridische helpdesk je vraag stellen op Mijn PO-Raad (na het inloggen in het ledenportaal).

Voor dringende vragen bel met 030 - 31 00 933. We zijn bereikbaar op werkdagen tussen 09.00 – 12.00 uur.

Helpdesk 2 mensen praten