Netwerk Inspectietoezicht: een waardevolle uitwisseling tussen onderwijspraktijk en toezicht
Invloed uitoefenen, de dialoog versterken en de stem uit het veld laten horen, dat is de taak van het netwerk Inspectietoezicht. Vier keer per jaar spreken de kwaliteitszorgmedewerkers, schoolleiders en schoolbestuurders van dit netwerk met adviseurs en de directie primair onderwijs van de Onderwijsinspectie. Deze keer op de agenda: het nieuwe onderzoekskader, de standaard OP0 en stimulerend toezicht. Een impressie van het gesprek.
Per schooljaar 2027/2028 treedt het nieuwe onderzoekskader in werking. De inspectie haalt graag input op bij de leden van het netwerk Inspectietoezicht. Ria Westendorp, directeur toezicht primair onderwijs licht het proces van de herziening naar het nieuwe kader toe. “Met het nieuwe kader willen we de effectiviteit vasthouden en verbeteren. 2027 lijkt ver weg, maar het doel is om goed te kunnen voortbouwen op de ontwikkeling van het onderwijs. Bijvoorbeeld rondom opgaven als de basisvaardigheden en kansengelijkheid.”
Zorgvuldig proces
“We willen dit in dialoog met betrokkenen en beleidsmakers, bestuurders, ouders en leerlingen tot stand laten komen. Dit vraagt om een zorgvuldig proces. We gaan in gesprek over de inhoud van het kader maar ook over onze werkwijze. Denk bijvoorbeeld aan vragen als waar kijken we nu naar? Hoe komen we tot oordelen en hoe communiceren we daarover? De inspectie zal goed naar verbeterpunten kijken. Tegelijkertijd willen we behouden wat goed is, het hoeft geen revolutie te zijn.”
Bestuursgericht toezicht
Ook het bestuursgerichte toezicht is onderwerp van gesprek. Het netwerk buigt zich onder andere over de vraag wat niet mag ontbreken als de inspectie besturen onderzoekt en beoordeelt, en wat beter weggelaten kan worden.
‘Bevraag meer op de bestuurlijke complexiteit’, geeft een van hen als tip. “Bijvoorbeeld hoe je de samenwerking binnen het samenwerkingsverband en met gemeentes, kinderopvang en jeugdzorg organiseert. Daar mag je mij als bestuurder harder op bevragen. Laat het meer gaan over hoe je als bestuur invulling geeft aan de bestuurlijke en maatschappelijke opdracht. Tot slot: maak er geen gedetailleerde standaarden van. Hou het op hoofdlijnen en sluit aan op de Code Goed Bestuur. Het moet een rijk gesprek zijn, het gaat niet om een check en een vinkje.”
Een andere schoolbestuurder vult aan: “De inspectie ziet erop toe dat we een professioneel statuut hebben. Het is belangrijk om de kwaliteit van de samenwerking te toetsen op hoe de cultuur daadwerkelijk is. Oftewel: voelen leraren werkelijk de professionele ruimte of roept het bestuur het?”
Uitstel beoordeling standaard basisvaardigheden OP0
In een eerdere bijeenkomst heeft het netwerk van de PO-Raad bij de inspectie gepleit om de standaard basisvaardigheden (OP0) nog niet het gewicht van een kernstandaard te geven. Op de bijeenkomst licht Westendorp toe dat de standaard basisvaardigheden dit schooljaar nog niet mee zal wegen in de beoordeling.
Westendorp benadrukt dat de inspectie wel herstelopdrachten blijft geven. “Volgend jaar zal OP0 wel beoordeeld worden, dan is er geen uitstel mogelijk. Dat is ook wat er politiek en maatschappelijk wordt verwacht. Ik roep scholen dan ook op om werk te maken van de basisvaardigheden.”
Het uitstel krijgt veel waardering van de leden van het netwerk Inspectietoezicht. “Fijn dat de inspectie naar ons geluisterd heeft, nu moeten we hier als sector mee aan de slag”, aldus een van hen.
Stimulerend toezicht
Tot slot geeft Westendorp nog een toelichting op het voornemen om het toezicht meer stimulerend vorm te geven. Zo wil de inspectie zorgen voor nabelcontact na een inspectiebezoek, meer kennisdeling en het betrekken van docenten en leraren. Leden van het netwerk Inspectietoezicht hebben meegedacht over de uitwerking.
“We hebben veel input vanuit het netwerk meegenomen. Een aantal elementen nemen we nadrukkelijk mee in het onderzoekskader 2027, en anderen zullen we eerder toetsen in een pilot. Bijvoorbeeld het nabelcontact of het opzetten van een meer stimulerend thema onderzoek. Ook kijken we goed naar hoe we communiceren over onze rapporten”, aldus Westendorp.
Beleving uit het veld
Een van de aanwezige bestuurders wijst op de druk in de sector. “Een aantal van mijn scholen zijn bezocht in het kader van een steekproef plus nog een thema onderzoek, dit is te belastend voor scholen.”
Een ander lid pleit voor een bredere blik. “In het excellentietraject was het onderzoek heel anders. Daar werd veel breder gekeken. Deze ruimte zou ik ook graag terugzien in het themaonderzoek. Het anders kijken naar wat een goede les is.” De inspectie geeft aan dat zij dit meenemen in het nieuwe onderzoekskader.
“Laten we dit onderwerp de komende periode regelmatig agenderen, om zo te reflecteren op de voortgang en de beleving in veld”, zo besluit een van de bestuurders de bijeenkomst.
Onderzoek brengt effect van bestuurstoezicht in onderwijs in kaart
De Inspectie van het Onderwijs laat onderzoek verrichten naar het effect van het toezicht op besturen in het primair, voortgezet, speciaal onderwijs en mbo. Doel is om zicht te krijgen op de werkbare mechanismen van het bestuurstoezicht en om praktische handvatten te bieden om het toezicht te versterken. Alle besturen in het gespecialiseerd en primair onderwijs ontvangen een online vragenlijst. De PO-Raad roept haar leden op om deel te nemen aan dit onderzoek.