Aanpak kindermishandeling en huiselijk geweld vraagt om vasthoudendheid
De gevolgen van huiselijk geweld en kindermishandeling voor betrokkenen en voor de maatschappij zijn groot. Met het programma Geweld hoort nergens thuis (GHNT) is de afgelopen jaren gewerkt aan het eerder in beeld krijgen van huiselijk geweld en kindermishandeling en duurzaam te stoppen. Scholen spelen een belangrijke rol in het signaleren van kindermishandeling. Voor het onderwijs zijn onder andere een verbeterde meldcode en een handelingskader gerealiseerd.
Het programma Geweld hoort nergens thuis (GHNT) loopt dit kalenderjaar af. De resultaten van het programma zijn bemoedigend, maar er is nog veel werk te verzetten. Dat schrijven Staatssecretaris Blokhuis (VWS) en minister Dekker (Rechtsbescherming) in een brief aan de Tweede Kamer. Uit de rapportage over het programma blijkt dat er in alle regio’s een goede basis is gelegd waarmee samenwerking tussen de betrokken organisaties is verbeterd, de deskundigheid bij professionals verder is ontwikkeld en de bestuurlijke betrokkenheid is toegenomen. Tegelijkertijd vraagt het verbeteren van de situatie in veel gezinnen, waar soms van generatie tot generatie geweld een rol speelt om vasthoudendheid. Het jaar 2022 wordt een overgangsjaar waarin het programma GHNT wordt geïntegreerd in de het programma Toekomstscenario kind- en gezinsbescherming.
De afgelopen drie en een half jaar bundelden de Rijksoverheid, gemeenten, het onderwijs, zorgprofessionals, kinderopvangorganisaties, Veilig Thuis-organisaties, politie, Openbaar Ministerie (OM), reclassering, Raad voor de Kinderbescherming (RvdK), Zorg- en veiligheidshuizen, hulp- en opvangorganisaties hun krachten. Doel van het programma Geweld hoort nergens thuis (GHNT) was huiselijk geweld en kindermishandeling eerder en beter in beeld krijgen en duurzaam te stoppen. Het programma loopt op 31 december 2021 in de huidige vorm af. De PO-Raad was stuurgroeplid.
Handelingskader om scholen te ondersteunen
Scholen spelen een belangrijke rol in het signaleren van kindermishandeling. Sinds 2019 is het o.a. in het onderwijs en de kinderopvang verplicht te werken met de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. In de praktijk blijkt dat professionals vaak onzeker zijn over wat ze moeten of kunnen doen bij (vermoeden van) huiselijk geweld en kindermishandeling. In 2020 is daarom door verschillende partners, waaronder de PO-Raad, een handelingskader opgesteld voor het onderwijs. Voor 2022 staat de ambitie om ervoor te zorgen dat de meldcode, met ondersteuning van het handelingskader, op iedere school wordt geïmplementeerd.