Nieuws

Update - Met passie werken aan het onderwijs van morgen

- update - met reactie minister op advies Onderwijsraad in kader

De ontwikkelteams van leraren en schoolleiders die samen werken aan bouwstenen voor nieuwe kerndoelen, gaan de laatste fase in. In 2019 zit hun werk erop en is het aan de Tweede Kamer om nieuwe kerndoelen vast te stellen die de verouderde vervangen. ,,De kunst is om scholen handvatten te geven, zonder te veel in te vullen wat ze moeten doen.’’

Ze straalt als ze erover vertelt: Nicole, leraar in de onderbouw van het primair onderwijs, vindt het maar wat mooi dat ze meewerkt aan de ontwikkeling van nieuwe kerndoelen. Als ambassadeur van de curriculumherziening kan ze twee werelden samenbrengen, vertelt ze op een driedaagse ontwikkelbijeenkomst in Egmond aan Zee. Na iedere zogenoemde ontwikkelsessie van haar burgerschapsteam gaat ze met een bak aan nieuwe inzichten terug naar haar school. De reacties en ideeën van haar collega’s neemt ze vervolgens weer mee terug. En hoewel burgerschap van het huidige curriculum nog geen deel uitmaakt, is ze op haar school al lang begonnen om hier toch vast handen en voeten aan te geven. Op haar verzoek schafte de directeur onlangs een boek aan over regels en wetten. ,,Dan kunnen we onze leerlingen er nu al les over geven.’’

Nicole is een van de 125 leraren die samen met achttien schoolleiders en 84 ontwikkelscholen werken aan bouwstenen voor nieuwe kerndoelen. Die zijn nodig om kinderen beter op hun toekomst voor te bereiden. De huidige kerndoelen zijn met hun twaalf jaar flink verouderd en schieten tekort. Wat kinderen nu leren op school, sluit niet altijd meer aan bij ontwikkelingen in de samenleving en op de arbeidsmarkt. Daarbij is het onderwijsprogramma overladen en mist een goede aansluiting van lesstof in het basisonderwijs op het voortgezet onderwijs.

Bouwstenen en burgerschap

Twee jaar geleden werd daarom een traject gestart dat moet leiden tot nieuwe kerndoelen: Onderwijs2032, dat later verder ging onder Curriculum.nu. Het hele land kon meedenken over de thema’s waarover kinderen moeten leren. Wat moet behouden blijven? Wat kan worden losgelaten of moet juist worden toegevoegd? Sinds maart van dit jaar werken teams in negen leergebieden aan bouwstenen die als basis dienen voor de herziening: Burgerschap, Digitale geletterdheid, Engels/ moderne vreemde talen, Nederlands, Rekenen/ wiskunde, Burgerschap, Bewegen & Sport, Kunst & Cultuur, Mens & Natuur en Mens & Maatschappij. (Zie ook kader)

Nicole en haar ontwikkelteam zitten middenin de vierde ontwikkelsessie. Iedere sessie maken ze hun tussenresultaten een stukje concreter. Ze verwerken de feedback van onder meer vakverenigingen, deskundigen, ouders, en wie ook maar heeft gereageerd op die resultaten. Ze discussiëren, stellen elkaar kritische vragen, scherpen de resultaten vervolgens verder aan. Inmiddels hebben ze met elkaar vastgesteld dat onderwijs over burgerschap onder meer moet gaan over democratie en identiteit. Een stapje concreter zou dit kunnen betekenen dat kinderen leren over de rechtsstaat en dat ieder mens een andere mening kan hebben. Dat kinderen in de onderbouw van de basisschool bijvoorbeeld leren wat regels überhaupt zijn. En dat ze in de bovenbouw leren over de Tweede en Eerste Kamer. Dat is althans nu het voorstel, maar in beton gegoten, is het zeker nog niet. De kunst is, vertellen leerkrachten Gijs, Melanie, Johannes en Nicole, om concreter te worden en scholen voldoende handvatten te bieden, zonder vooraf te veel in te vullen. Uiteindelijk is het immers aan de school om te bepalen hoe ze hun leerlingen de lesstof meegeven.

Ondertussen is het team Rekenen/ wiskunde in een andere zaal verzeild in een bevlogen discussie over wat kinderen op de basisschool moeten leren zodat ze daarop kunnen voortborduren in het voortgezet onderwijs. Anders dan bij burgerschapsonderwijs vraagt wiskunde namelijk om een bepaalde voorkennis. Een kind dat niet tot honderd kan tellen, kan immers ook niet door tot de duizend. En wie geen breuken kan optellen met hele getallen, kan dat zeker niet als er decimalen aan te pas komen.

Verbinding

Nog twee dagen, en dan zit de vierde ontwikkelsessie er weer op. Dan rest de energieke leraren en schoolleiders nog één laatste sessie. Daarna is er tijd om de verbinding tussen de verschillende leergebieden verder te versterken. De definitieve bouwstenen worden volgend jaar aan de Tweede Kamer overgedragen. Het is aan haar om op basis daarvan vervolgens de daadwerkelijke kerndoelen vast te stellen.

Langzaam maar zeker, ziet Nicole, gaat de hele curriculumherziening ook bij haar collega’s leven. Ook met haar enthousiaste verhalen, bleef het voor hen lange tijd een beetje een ver-van-hun-bed-show. Maar met iedere stap die de ontwikkelteams zetten, hoe concreter de bouwstenen worden, hoe meer ook zij betrokken raken. En dat is precies wat iedereen hoopte, want op school moet het straks allemaal gebeuren.

Nieuwe kerndoelen, en wat daarna?
De ontwikkelteams van Curriculum.nu komen in totaal vijf keer bij elkaar voor een ontwikkelsessie. Na iedere fase leveren de teams tussenresultaten op. Onder meer leerlingen, ouders, vakverenigingen, vervolgonderwijs, lerarenopleidingen, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven kunnen vervolgens een reactie geven. Dat kan via de website curriculum.nu. De tussenproducten worden daarna op basis van de feedback aangescherpt. Die worden hierdoor steeds concreter en dienen uiteindelijk als basis voor de uiteindelijke kerndoelen. De volgende feedbackronde loopt van 11 tot en 27 januari 2019. De Tweede Kamer beslist over de uiteindelijke kerndoelen.
In een rapport dat de Onderwijsraad donderdag publiceerde, pleit ze voor een commissie die die de ontwikkeling van het curriculum vervolgens levend houdt. Om leerlingen goed op hun toekomst voor te bereiden en het onderwijs te laten aansluiten bij ontwikkelingen in de maatschappij, is het namelijk belangrijk om de kerndoelen op gezette tijden tegen het licht te houden, stelt de raad. Curriculumontwikkeling zou een continue proces moeten zijn.
De Onderwijsraad onderschrijft daarmee het pleidooi van de bij curriculum.nu betrokken organisaties, waaronder de PO-Raad. 

Reactie minister Slob
In een brief aan de Tweede Kamer kondigt minister Arie Slob (Primair onderwijs) eind december aan dat nadat de ontwikkelteams hun opdrachten komend voorjaar hebben afgerond, er tijd wordt genomen om het geheel aan opbrengsten met het onderwijsveld te bespreken. Dat moet de bekendheid van en betrokkenheid bij het proces vergroten. In lijn met het advies van de Onderwijsraad gaan de ontwikkelteams de samenhang tussen de deelgebieden verder versterken. Het eindadvies wordt vervolgens na de zomer van 2019 opgeleverd.
Slob benadrukt dat het nooit iedereen honderd procent tevreden zal zijn met het eindresultaat. Dit omdat er tegenstrijdige belangen zijn en omdat een van de doelstellingen van het traject is om de overladenheid van het onderwijsprogramma terug te dringen. Dat maakt dat er scherpe keuzes gemaakt moeten worden in wat het onderwijs wel en niet doet.