PO-Raad overwegend positief over kabinetsbrief lerarenbeleid
De PO-Raad is overwegend positief over de door het kabinet gepresenteerde strategie in de strijd tegen het personeelstekort. In de brief die op 1 juli naar de Tweede Kamer ging, wordt gekozen voor meer landelijke regie, en wordt tegelijkertijd ruimte geboden voor regionaal maatwerk. Daarnaast wordt de deur geopend voor onorthodoxe maatregelen.
Het plan van ministers Wiersma en Dijkgraaf behelst bijvoorbeeld niet langer leraren uit het PO alleen, maar presenteert een bredere strategie waarin andere tekorten worden getackeld. Denk aan schoolleiders of leraren uit het (v)so. Het ministerie trekt meer regie naar zich toe om tot een landelijk dekkende regionale infrastructuur te komen voor de onderwijsarbeidsmarkt.
Veel raakvlakken met strategische agenda PO-Raad
Een nieuwe strategie is noodzakelijk omdat ondanks alle inspanningen de personeelstekorten toenemen. Om die reden ondertekenden de PO-Raad en het ministerie van OCW samen met de andere sociale partners al een onderwijsakkoord met een werkagenda waarin op dit punt afspraken worden gemaakt. In dezelfde periode kwam de PO-Raad met zijn leden tot een strategische agenda met verschillende plannen om tot voldoende goede onderwijsprofessionals te komen.
De ministers gaan de regionale samenwerking versterken. De PO-Raad onderstreept die ambitie. Al geruime tijd pleit de PO-Raad voor het versterken van het Samen Opleiden en Professionaliseren. Uit onderzoek blijkt dat door deze intensieve regionale samenwerking tussen opleidingen en scholen de kwaliteit en de aantrekkelijkheid van de opleiding verhoogt, en uitval van startende leraren daalt. Ook wordt een lans gebroken voor meer wisselwerking tussen sectoren: wie nu in de kinderopvang werkt zou daarnaast als onderwijsassistent aan de slag moeten kunnen, terwijl leraren prima moeten kunnen schakelen tussen primair en voortgezet onderwijs.
Aanwas pabo’s is forser, maar onvoldoende
Allemaal factoren die tot wat meer personeel kunnen leiden en die dus ook in de strategische agenda zijn geland. De aanwas op de pabo’s is de laatste jaren fors hoger dan voorheen, maar door de pensioengolf die door de sector gaat, zijn die ontwikkelingen niet voldoende. Het aantal zij-instromers groeit ook en de financiële armslag wordt ook op dat punt wat verruimd – scholen krijgen 25.000 euro onkostenvergoeding in plaats van 20.000 euro (terwijl het minimaal 30.000 euro kost) – maar ook daarmee wordt het gat niet gedicht: volgens de laatste officiële cijfers zijn er in het PO voor 9.100 fte te weinig leraren en komt het tekort van het aantal schoolleiders op 1.100. Voor de duidelijkheid: fte’s zijn voltijdbanen en veruit de meeste leraren werken in deeltijd dus om het lerarentekort te tackelen zijn er meer dan 13.000 leraren extra nodig.
Tenzij de werktijdfactor omhooggaat. Minister Wiersma schermt onder meer met de mogelijkheid om mensen die langer werken, beter te belonen, wat vooralsnog wordt geblokkeerd door juridische beperkingen. PO-Raadvoorzitter Freddy Weima ziet meer aandachtspunten. “De balans tussen werk en privé moet op orde zijn, je moet kinderopvang beter regelen: dat zijn belangrijke randvoorwaarden. Dat gezegd hebbend: een hogere werktijdfactor zou voor bijna iedere school fantastisch zijn.”
Onorthodoxe maatregelen
Er liggen meer opties die gisteren nog ‘onorthodox’ genoemd zouden worden. Weima: “We zijn als sector al op zoek naar wat er nog meer kan. Durf eens te kijken naar een andere dag- of weekindeling. Wees kritisch op het aantal verplichte lesuren, in andere landen ligt dat lager. Bied meer ruimte voor intensieve samenwerking met de kinderopvang. Dat soort maatregelen, waarmee je durft te onderkennen dat je het tekort niet dichtloopt met aanwas van leraren alleen.”
De PO-Raad hamert vooral op consistente samenwerking in het hele traject. “De enige vijand die we hebben in dit verhaal, is het lerarentekort. Daar is iedereen het over eens. We moeten allemaal een tandje bijzetten: je kunt geen nieuw personeelsbestand bouwen met tijdelijk geld, het personeelsbeleid kan op sommige scholen beter. Dat weet iedereen. Maar verhalen van scholen die geen vaste contracten willen geven? Ik hoor ze zelden. De werkgevers in het PO rollen bij wijze van spreken de loper uit als mensen zich melden voor een vaste baan. Laten we dat uitstralen, we moeten samen optrekken, werknemers, werkgevers en minister.”
Kamerbrief over lerarenstrategie | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl