Rechtbank Midden Nederland oordeelt dat de generieke korting van de samenwerkingsverbanden in 2023 onrechtmatig was. De generieke korting van € 31,5 miljoen in het najaar van 2023 houdt verband met de afbouw van (mogelijk) bovenmatige reserves van samenwerkingsverbanden. 

De afbouw van de (mogelijk) bovenmatige reserves verliep volgens de toenmalige minister van Primair en Voortgezet Onderwijs onvoldoende. Vanuit de uitvoering van maatregel 23 van de verbeteraanpak passend onderwijs werden alle samenwerkingsverbanden in 2023 gekort op de bekostiging voor de zware ondersteuning. Ook als er geen of een gering bovenmatig eigen vermogen was. Samenwerkingsverbanden die door de korting onder de signaleringswaarde kwamen (3,5% van de brutobaten) werden gecompenseerd tot maximaal deze signaleringswaarde. 

Het Netwerk LPO en Sectorraad swv vo (inmiddels gefuseerd tot Overkoepelend netwerk samenwerkingsverbanden) tekenden collectief bezwaar aan tegen de beschikkingen waarin de korting was verwerkt. 

De Rechtbank Midden-Nederland oordeelt nu dat de generieke korting onrechtmatig is: het onderscheid dat staatssecretaris Mariëlle Paul (Funderend Onderwijs en Emancipatie) maakte tussen samenwerkingsverbanden gebaseerd op de hoogte van hun eigen reserves is in strijd met de wet. Daarom zijn de bepalingen die aan de korting ten grondslag lagen onverbindend verklaard.  

De staatssecretaris heeft twaalf weken om nieuwe beslissingen op bezwaar te nemen.