Van zeer zwak naar een dikke voldoende: GWGB zorgde voor ommekeer

Steeds meer scholen werken met ondersteuning van het programma Goed Worden, Goed Blijven (GWGB) aan het verbeteren van hun onderwijskwaliteit en kwaliteitszorg. Hoe ziet dit traject er in de praktijk uit? De PO-Raad sprak met Karin Helsen, die sinds 2023 directeur is van basisschool de Witte Vlinder in Arnhem. Deze school werd door de Inspectie van het Onderwijs als zeer zwak beoordeeld en kon dus wel een helpende hand gebruiken. 

Herstellen van de basis 

Toen Karin Helsen in haar nieuwe functie startte was Goed Worden, Goed Blijven al bij de school betrokken, omdat de onderwijskwaliteit zeer zwak was. "De school had dertien herstelopdrachten gekregen," vertelt ze. "Het was niet zozeer dat er niet goed werd lesgegeven, maar er was geen doorgaande lijn en geen sprake van onderwijsplannen. Ook waren de documenten niet op orde, was er geen kwaliteitszorgcyclus beschreven en werd deze zodoende ook niet uitgevoerd." Het was dus tijd voor een ommekeer. 

Vanuit Goed Worden, Goed Blijven werd er een adviseur aan de school gekoppeld. Deze adviseur richtte zich op het herstellen van de basis. "We begonnen het traject met klassenbezoeken, om te kijken wat er op een korte termijn verbeterd kon worden. We hebben toen besloten om te starten met het rekenonderwijs. Daarvoor hebben we met behulp van de adviseur een onderwijsplan geschreven en zijn de leraren ondersteund bij het vormgeven van goede rekenlessen. Wat de adviseur ons voor rekenen heeft geleerd, heeft onze taalcoördinator vervolgens opgepakt voor het taal- en woordenschatonderwijs."

Ook de kwaliteitscoördinator en Helsen zelf werden door de adviseur begeleid. Helsen: "De ondersteuning van de kwaliteitscoördinator richtte zich op het vormgeven van een goede ondersteuningscyclus. Daarnaast heeft de adviseur mij begeleid bij het schrijven van een jaarplan: hoe breng je focus aan binnen je school en hoe zorg je er ook voor dat het geborgd kan worden?"

Kritische vriend 

Helsen is erg positief over het traject. "Alle betrokkenen kijken goed terug op Goed Worden, Goed Blijven," vertelt ze. "Op de ondersteuning die de adviseur heeft gegeven, op de feedback die ze gaf naar aanleiding van de lesbezoeken en op de werksessies die ze heeft begeleid."

Een van de succesfactoren van het traject is volgens Helsen de hoge mate van kennis van de adviseur. Helsen omschrijft de adviseur die aan de Witte Vlinder werd gekoppeld als een kritische vriend, die op een professionele en laagdrempelige manier ondersteuning bood. 

"We konden hierdoor weer focus aanbrengen en hebben geleerd prioriteiten te stellen. Onder begeleiding van de PO-Raad is de basis zo goed neergezet dat we hierna zo zijn blijven werken. Zo waren de documenten die de adviseur meebracht ontzettend helpend en gebruiken we die nu nog steeds. Ook bespreek ik periodiek met mijn MT, de kwaliteitscoördinatoren en mijn team of we nog de juiste dingen doen. In deze besprekingen komen elke keer dingen terug die we hebben meegekregen vanuit het traject Goed Worden, Goed Blijven. Dat zorgt voor duurzame borging."

Blinde vlekken 

"Het is goed om soms iemand anders naar je school te laten kijken. Hierdoor word je bewust gemaakt van je blinde vlekken, maar ook van wat er allemaal al goed gaat." Voor Helsen, als startend directeur, was dit ontzettend waardevol. Met behulp van GWGB heeft ze de Witte Vlinder weer in zijn kracht kunnen zetten. 

"Als je in zo’n kort tijdsbestek zo veel herstelopdrachten hebt, is de factor tijd wel een dingetje,” zegt ze. “Je moet zo snoeihard werken met elkaar om het voor elkaar te krijgen. Dus na anderhalf jaar weer een dikke voldoende krijgen, is een prachtige kroon op je werk."