Nieuws

Scholen voortvarend aan de slag met NPO, bekende knelpunten vormen risico bij uitvoering 

Scholen kiezen in de uitvoering van hun NPO-plannen voor kwaliteit. Dat blijkt uit de eerste voortgangsrapportage van het Nationaal Programma Onderwijs die vandaag verscheen. ,,Het onderwijs wil de NPO-middelen gebruiken voor duurzame verbeteringen en verdient daar alle lof voor”, reageert PO-Raad voorzitter Freddy Weima. ,,Deze eerste monitor laat ons tegelijkertijd zien dat bekende knelpunten, zoals de beschikbaarheid van personeel, ook bij het NPO belemmerend werken.”   

Startsituatie   

Deze eerste voortgangsrapportage die de ministers Arie Slob en Ingrid van Engelshoven (Onderwijs) op 28 oktober naar de Tweede Kamer hebben gestuurd, schetst de positie van leerlingen aan de start van het schooljaar 2021/2022. Dat is het startpunt voor het NPO. Opvallend: de eindtoetsresultaten zijn niet meegenomen in deze monitor. Die zijn wel belangrijk om een volledig beeld te krijgen. In de rapportage staat wel te lezen dat po-scholen hun groep 8-leerlingen vorig schooljaar veelal kansrijker en ook breder adviseerden. De PO-raad riep vorig jaar samen met partners in het primair onderwijs en de VO-raad op tot het kansrijk adviseren van groep 8-leerlingen in kwetsbare situaties en vindt het mooi dat zij de kans krijgen in te stromen op het niveau dat past bij hun capaciteiten.  

Enerzijds blijkt een deel van de leervertragingen (voor begrijpend lezen) al ingelopen, het onderwijs verdient daarvoor een groot compliment. Anderzijds is er bij rekenen nog leervertraging zichtbaar. Scholen hebben de grootste zorgen om de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen en die van hun executieve vaardigheden, zoals werkhouding en doelgerichtheid. Meer dan driekwart van de scholen zet het NPO dan ook in om het welbevinden van leerlingen te vergroten. De PO-Raad merkt hierbij op dat we geen eenduidige manier hebben om de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen meetbaar en zichtbaar te maken. Het is van belang dat we ook zicht en grip hebben op deze kant van onderwijs. Hierover is veel bekend uit onderzoek en dit moet dan ook deel uitmaken van de menukaart effectieve interventies en de NPO-kenniscommunity. 

Kwaliteit boven snelheid  

Schoolorganisaties hebben het NPO voortvarend opgepakt en het gaat goed met de implementatie. Maar er zijn zorgen: ongeveer de helft van de scholen verwacht bij de uitvoering tegen knelpunten aan te lopen. Ze noemen de bekende problemen: personeelstekort in combinatie met de tijdelijkheid van het programma.   

De demissionair ministers vinden het in dit licht ‘opvallend’ dat scholen vaak interventies kiezen waarvoor extra personeel nodig is. Weima meent dat dit juist aantoont hoe scholen met de doelen van het nationaal programma voor ogen kiezen voor interventies die leiden tot kwaliteitsversterking. ,,De focus ligt op het werken aan de basisvaardigheden, het welbevinden van de leerlingen en hun executieve vaardigheden. Dat doe je bijna automatisch door de inzet van extra personeel. Uit onze ledenpeiling voor de zomer bleek echter al dat scholen vaak niet weten waar ze het personeel vandaan moeten halen. Maar ze kiezen bij de uitvoering van het NPO voor kwaliteit en impact, boven snelheid. Dit toont aan hoe graag ze het NPO willen aangrijpen voor duurzame verbeteringen.”   

Start van een langetermijnagenda  

De hele sector roept om een langetermijnaanpak en -investering om het personeelstekort tegen te gaan en de onderwijskwaliteit te verbeteren, benadrukt Weima. ,,Want dát is nodig om het niveau van de basisvaardigheden omhoog te krijgen en de kansengelijkheid te vergroten, samen met professionalisering, stimuleren van onderzoek en innovatie. Over de structurele investeringen en een gezamenlijke langetermijnagenda waarvoor het NPO de start kan zijn, gaan we graag met een nieuwe regering in gesprek.”