Nieuws

Fusietoets blijft maar wordt verruimd

De fusietoets wordt verruimd. Kleinere fusies kunnen voortaan in korte tijd een lichtere toets doorlopen. Grotere fusies worden nog wel aan een zware inhoudelijke toets onderworpen. De PO-Raad onderschrijft de noodzaak van verruiming van de fusietoets, maar vindt de huidige voorstellen onvoldoende. De fusietoets blijft een belemmering voor het zoeken van oplossingen voor demografische ontwikkelingen waarbij de onderwijskwaliteit geborgd wordt.

Het voorstel volgt op een evaluatie en een veldraadpleging door OCW over de werking van de fusietoets. In gebieden met dalende leerlingenaantallen kan fusie noodzakelijk zijn om te voorkomen dat scholen lukraak omvallen. Dit wordt door de fusietoets vaak vertraagd of bemoeilijkt, zo bleek in 2015 uit de evaluatie. De PO-Raad pleit er daarom al jaren voor om deze toets af te schaffen. Ook uit de veldraadpleging bleek dat de fusietoets in de huidige vorm onwerkbaar is. De politiek is echter verdeeld over de toets. De VVD wil de toets versoepelen, D66 wil de toets afschaffen. PvdA en SP willen de toets juist handhaven.

Het kabinet wil nu dat de fusietoets plaats maakt voor een combinatie van een lichtere en een zware variant. De ministerraad stemde vrijdag in met deze plannen.

De zware variant wordt uitgevoerd door de Fusietoetscommissie en geldt in het primair onderwijs voor:

  • Scholenfusies waarbij meer dan vijfhonderd leerlingen zijn betrokken (blijft hetzelfde)
  • Bestuurlijke fusies waarbij het marktaandeel van de instelling(en) boven de 50 procent komt of boven de 35 procent in zeer sterk stedelijke gemeenten

Voor besturen die na een fusie minder dan tien scholen tellen is – net als nu – géén toets noodzakelijk. Ook voor éénpitter besturen die met een groter schoolbestuur willen fuseren, geldt geen fusietoets.

In alle andere gevallen wordt door DUO een lichte toets uitgevoerd. Deze kan volgens het kabinet in vier weken worden doorlopen.

Daarnaast wil het kabinet álle besturen een zogenoemde ‘zorgplicht menselijke maat’ opleggen. Dat betekent dat besturen, of zij nou fuseren of niet, zich moeten verantwoorden over de manier waarop zij ervoor zorgen herkenbaar en bereikbaar te zijn voor ouders en personeel. Om dit te regelen, is een wetswijziging nodig.

Wat de PO-Raad vindt

De PO-Raad hoopt dat met de plannen daadwerkelijk meer ruimte ontstaat voor noodzakelijke fusies en dat de toets op den duur volledig kan worden afgeschaft. Ze vreest dat de zwaardere toets vooralsnog zal leiden tot meer bureaucratie.

Conclusie uit de veldraadpleging en evaluatie van de fusietoets was dat deze het beste vervangen kon worden door een marginale toets en invoering van een zorgplicht. Van vervangen is nu geen sprake. De zorgplicht komt er juist extra bij. De plannen lijken daarmee meer op een politiek compromis dan op een evenwichtig pakket.

Het verontrust de PO-Raad verder dat de politiek ‘menselijke maat’ en kleinschaligheid gelijkschakelt. De menselijke maat wordt met name bepaald door de wijze waarop het onderwijs binnen een school of bestuur is georganiseerd. De gemiddelde schoolgrootte is 223 leerlingen. De omvang van een bestuur is daarbij van minder belang. De politiek geeft tegenstrijdige signalen af door kleinschaligheid te koesteren en anderszins steeds hogere eisen te stellen aan de professionaliteit van schoolbesturen. Meer professionaliteit vergt schoolbesturen van een zekere omvang. Voorbeelden zijn de vervangingsproblematiek in het kader van de Wet werk en zekerheid (Wwz), en de eisen in het kader van goed bestuur en verantwoording.