Nieuws

Onderwijsaccountantsprotocol 2020 definitief vastgesteld

Het protocol van de accountantscontrole voor het jaar 2020 is eind 2020 door de Inspectie van het Onderwijs vastgesteld en gepubliceerd. Het protocol is voor het primair onderwijs met name gewijzigd op de maatschappelijke thema’s waarover elk schoolbestuur moet verantwoorden in het bestuursverslag. Verder is de controle op de aanwezigheid van de VOG nader beschreven en de signaleringswaarde bovenmatige reserve is opgenomen.

Het accountantsprotocol is de schakel tussen enerzijds de wet- en regelgeving en anderzijds de uit te voeren werkzaamheden door instellingsaccountants. Het geeft een toelichting op het te hanteren referentiekader, de controle op de jaarrekening, het onderzoek naar de bekostigingsgegevens en de gewenste accountantsproducten. Hieronder worden de belangrijkste wijzigingen voor schoolbesturen in het primair onderwijs toegelicht.

Thema’s bestuursverslag

In de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (Rjo) is de mogelijkheid voor OCW opgenomen om relevante politieke of maatschappelijke thema’s aan te wijzen, waarover in het bestuursverslag nadere verantwoording moet plaatsvinden (artikel 4, lid 6). In november 2020 hebben schoolbesturen in het primair onderwijs een brief toegestuurd gekregen, waarin is opgenomen wat in dit kader gevraagd wordt voor het boekjaar 2020. De aanpassing ten opzichte van vorig jaar is, dat schoolbesturen gevraag worden in te gaan op de invloed van de Coronapandemie op het onderwijskundige beleid. En daarnaast de invloed van de crisis op het financieel resultaat in 2020 en op de meerjarenbegroting. Er wordt gevraagd te benoemen wat de voornaamste meerkosten zijn als gevolg van Covid-19.

Over verslagjaar 2020 zijn de volgende thema’s aangewezen:

2020

XBRL

Strategisch personeelsbeleid

Passend onderwijs

Allocatie van middelen

Werkdruk

Ja

Onderwijsachterstanden

Ja

Corona

Voor de thema’s werkdruk en onderwijsachterstanden moeten ook vragen in XBRL worden beantwoord. In het onderwijsaccountantsprotocol is opgenomen dat in de accountantscontrole wordt gecontroleerd of deze verantwoording heeft plaatsgevonden.

Verklaring omtrent het gedrag

De Inspectie van het Onderwijs heeft geconstateerd dat de huidige controle op de aanwezigheid van de Verklaring omtrent het gedrag (VOG) niet aansluit op wet- en regelgeving. Daarom heeft de inspectie de controle nader beschreven. Voor schoolbesturen is het van belang te weten dat accountants per 2020 niet alleen de aanwezigheid van de VOG controleert (tot op heden de praktijk), maar ook of de VOG tijdig aanwezig was op het moment dat bijvoorbeeld een invalleerkracht in dienst kwam. Wanneer dit niet het geval is, dan moet de accountant hierover rapporteren in het Verslag van Bevindingen. De kans is groot is dat er hierdoor meer klassen naar huis gestuurd moeten worden, omdat de VOG van een vervanger al wel is aangevraagd maar nog niet binnen is. De PO-Raad heeft dit besproken met OCW en OCW heeft aangegeven dat zij de wet- en regelgeving hierop niet kan aanpassen.

Signaleringswaarde bovenmatige reserve

De verantwoording van de reservepositie leidt niet tot een wijziging in het onderwijsaccountantsprotocol, maar wel tot een wijziging in de werkzaamheden van de accountant. Met ingang van verslagjaar 2020 wordt een toelichting verwacht in het jaarverslag voor schoolbesturen met een eigen vermogen boven de signaleringswaarde. In de meerjarenbegroting kunnen besturen laten zien voor welke investering ze sparen en voor wanneer die gepland staat, zodat de reserves worden ingezet. Hierop wordt de Rjo begin 2021 op aangepast.

In de benchmark van de PO-Raad en VO-raad (www.benchmarkpovo.nl) wordt onder het kopje financiële continuïteit ook de reservepositie van schoolbesturen berekend. Dit vindt plaats op een tweetal manieren: op basis van de methode zoals OCW voorstelt en op een meer sectorspecifieke methode. De OCW-methode gaat voor de berekening voor een mogelijke bovenmatige reserve uit van één methode voor alle onderwijssectoren (van éénpitter in het primair onderwijs tot de universiteit). De sectorspecifieke methode vult deze methode aan met enkele voor het primair onderwijs sectorspecifieke factoren. Kleine schoolbesturen kunnen hun investeringen bijvoorbeeld minder goed spreiden. Daarnaast komt in het primair onderwijs per 2023 de vordering op OCW te vervallen. Deze zaken hebben invloed op de reservepositie van de schoolbesturen.

In de verantwoording in het bestuursverslag moeten schoolbesturen op grond van de Rjo in eerste instantie uitgaan van de methode OCW. Bij de nadere toelichting van de reservepositie kan gebruik worden gemaakt van de sectorspecifieke methode.