Nieuws

OCW kort sector met ruim half miljard onder mom van bekostigingswijziging

Meer dan 230 schoolbesturen eisen op 4 oktober in een hoorzitting bij minister Wiersma circa 600 miljoen euro op. Volgens de schoolbesturen heeft de minister ten onrechte dit bedrag niet als bekostiging voor de laatste vijf maanden van 2022 uitgekeerd. 

Per 1 januari 2023 wordt de bekostiging van het primair onderwijs vereenvoudigd. Volgens het departement wordt die budgetneutraal doorgevoerd, maar onder aan de streep wordt het primair onderwijs daardoor éénmalig voor meer dan een half miljard euro gekort. 

Het primair onderwijs heeft de minister al vaker gewezen op deze onbedoelde korting, maar van een herziening kwam het niet. Daarom heeft een groot aantal schoolbesturen een formeel juridisch traject ingezet, met ondersteuning van de PO-Raad. De schoolbesturen worden bijgestaan door advocaten Tom Barkhuysen en Machteld Claessens van advocatenkantoor Stibbe. Zij zetten nu de volgende stap met een formeel bezwaar tegen de bekostigingsbeschikkingen bij OCW.

De PO-Raad snapt zijn leden heel goed. Voorzitter Freddy Weima: “Het is belangrijk dat de overheid haar afspraken nakomt en dit alsnog in orde maakt. Het primair onderwijs staat voor een hels karwei. Het lukt nu al lang niet overal om de bezetting rond te krijgen vanwege het enorme personeelstekort en aangejaagd door minister Wiersma verwacht de samenleving nog betere prestaties van onze sector in de huidige onzekere, kwetsbare tijden.”

Lopen scholen het geld mis, dan zullen zij hun doelen naar beneden moeten bijstellen en investeringen in het onderwijs noodgedwongen schrappen, met direct een negatieve impact op het onderwijs in de klas. De reserves lijken op dit moment fors vanwege de NPO-gelden die op veel plekken nog niet zijn uitgegeven, maar wel al zijn bestemd. Weima: “Ik kan me niet voorstellen dat het ministerie van OCW daar mee gaat schermen. Dat geld is bedoeld om kinderen te helpen hun leerachterstanden door de coronacrisis weg te werken. De NPO-gelden zijn niet bedoeld om administratieve wijzigingen door OCW op te vangen. Verder moet men zich ook niet blind staren op het vermogen van scholen. Bovendien: de energierekeningen stijgen fors en het onderhoud van gebouwen die eigenlijk niet meer voldoen kost echt een vermogen. ”

Bestuurslid Christian van den Brink van onderwijsstichting Meerkring uit Amersfoort vindt dat het ministerie van OCW te gemakkelijk over de gevolgen heen stapt. “Als PO-stichting heb je verplichtingen waaraan je moet voldoen, terwijl je het benodigde geld er niet voor hebt gekregen. We zijn een organisatie aan het besturen en willen dat op een nette manier doen. Het ministerie maakt dat nu onnodig moeilijk door afspraken niet na te komen.”

Overigens treft deze korting niet alleen schoolbesturen met een NPO-reserve, maar ook instellingen die de extra NPO-middelen al wel hebben ingezet. Bestuursvoorzitter Hilbert de Vries schat in dat de maatregel van OCW ‘zijn’ Stichting Speciaal Onderwijs en Expertisecentra te Eindhoven ruwweg een miljoen euro kost. En dat raakt direct de continuïteit van het speciaal onderwijs. “Doordat we het geld mislopen, zijn we genoodzaakt om met een wachtlijst te gaan werken. Het speciaal basisonderwijs in onze regio groeit namelijk met 10 procent per jaar en bekostiging krijg je achteraf. Als ik een miljoen euro misloop, kunnen wij het onderwijs voor die groep niet meer voorfinancieren en dat betekent dus dat kinderen moeten wachten tot we hun onderwijsplek kunnen betalen. En dan heb je het dus al gauw over een stuk of 60 kinderen. Dit is heel treurig voor de kinderen die toch al een kwetsbare positie hebben.”

Bovendien leidt de maatregel uiteindelijk tot nog hogere kosten. “Plannen voor verduurzaming van onze gebouwen zet ik op een laag pitje. Prioriteit is immers het onderwijs. Met de oplopende problemen op de energiemarkt en bijkomende prijzen is dat toch een lastige afweging.”   

De Cluster 2 scholen van Viertaal worden door het ministerie van OCW met een vergelijkbaar probleem opgezadeld. Bestuursvoorzitter Natasja Kroon: “Het onderwijs voor dove en slechthorende kinderen en kinderen met een taalontwikkelingsstoornis valt buiten het passend onderwijs en de samenwerkingsverbanden. Omdat we niet mogen groeien is de bekostiging bevroren op het niveau van 2011. Maar in de Randstad en in Almere neemt het leerlingaantal toe. De actie van het departement kost ons ruim twee miljoen euro en stelt ons voor vervelende keuzes. Moeten we een deel van onze scholieren dan maar op een wachtlijst plaatsen? Deze vraag is nu heel reëel.”
Kroon hoopt dat de minister bijdraait, maar daar ziet het nog niet naar uit. “In antwoord op vragen blijft OCW namelijk tot nu toe nog steeds beweren dat het slechts om een administratieve en budgetneutrale maatregel gaat. Dat is feitelijk onjuist. Onderken dat eens.” 

Een technische uitleg
Specifiek gaat het hier om het volgende: de huidige personele bekostiging (op schooljaar) kent nu een afwijkend betaalritme. Hierdoor wordt in de eerste vijf maanden van een schooljaar (augustus-december) niet 5/12 (41,67%) bekostigd, maar 34,55%. In de jaarrekening per kalenderjaar wordt dit verschil op de balans zichtbaar gemaakt door een vordering op OCW. Het lagere betaalritme in de eerste vijf maanden van het schooljaar wordt in de huidige bekostigingssystematiek weer goedgemaakt door in de laatste zeven maanden van het schooljaar (januari-juli) meer uit te keren: niet 58,33% maar 65,45% van de totale bekostiging. Zo werd de bekostiging weer rechtgetrokken aan het einde van een schooljaar. Nu vereenvoudigt OCW per 1 januari 2023 de bekostiging, waarbij het ministerie uitgaat van een kalenderjaar en waarbij de minister iedere maand een gelijk 1/12e deel van de jaarbekostiging aan schoolbesturen uitkeert. OCW heeft besloten de bekostiging voor de eerste vijf maanden van het schooljaar 2022/2023 te blijven baseren op het lagere betaalritme van 34,55% van de jaarbekostiging, maar dat niet meer recht te trekken in de daarop volgende zeven maanden van het schooljaar 2022/23. Hierdoor is de personele bekostiging van een school in het schooljaar 2022/2023 geen 100%, maar 92,88% (34,55% + 58,33%). Dit verschil van 7,12% kost de gehele PO-sector éénmalig 600 miljoen euro.


 

foto van eurobiljetten