Zoeken
Zoekfilters
Type
Thema
Serviceniveau
Mag een school de meivakantie verschuiven of de zomervakantie inkorten om door corona verloren onderwijstijd in te kunnen halen?
De PO-Raad is op dit moment nog in gesprek met OCW en de Inspectie van het Onderwijs over de meivakantie. Dat gaat ook over de vraag hoe het in die periode zit met de functie van noodopvang die de school nu vervult.
Normaal gesproken geldt dat de meivakantie voor een deel door OCW is vastgesteld. Dat deel kan niet worden verplaatst of ingekort. Het andere deel van de meivakantie (waar schoolbesturen zelf een keuze in kunnen maken) zou in theorie kunnen worden verplaatst. Dat heeft wel heel wat voeten in de aarde. Er moet instemming zijn van de MR en vooral moet je een oplossing vinden voor het vakantieverlof van de medewerkers. In noodgevallen kan het vakantieverlof van de medewerker worden ingetrokken. Maar dit zal dan op een later moment alsnog moeten worden verleend. Zonder meer naar voren halen, is daarbij geen optie.
Voor de zomervakantie geldt normaal dat deze in zijn geheel door OCW wordt vastgesteld en daardoor dus niet kan worden ingekort of verplaatst.
Het ministerie heeft overigens al laten weten dat er soepel om wordt gegaan met de onderwijstijd voor leerlingen uit groep 8. Voor andere groepen geldt dat de onderwijstijd kan worden ingehaald over meerdere jaren.
Wie is wettelijk verantwoordelijk voor het besluit om een leerling wel of niet te laten doorstromen naar het vo na groep 8?
Het antwoord staat in artikel 39 lid 4 van de Wet op het primair onderwijs. De directeur besluit daarover als hij vindt dat een leerling toe is aan het volgen van aansluitend voortgezet onderwijs, mits daar met de ouders (verzorgers) overeenstemming over is.
Valt lunchtijd bij een continuerooster onder onderwijstijd?
Dat is aan de school. Als je daarvoor kiest, hanteert de inspectie deze uitgangspunten:
- De onderwijsactiviteiten tijdens de lunch dienen in overeenstemming te zijn met de wettelijke opdrachten voor het onderwijs (art. 9 van de WPO).
- De onderwijsactiviteiten tijdens de lunch dienen in overeenstemming te zijn met de eigen opdrachten voor het onderwijs die de school zich stelt zijn uitgewerkt in een onderwijsprogramma en staan beschreven in het schoolplan van de school (artikel 12, tweede lid van de WPO).
- In de schoolgids is informatie opgenomen over de wijze waarop de verplichte onderwijstijd wordt benut (artikel 13, eerste lid, onder d van de Wpo).
- Het door de ouders of de leerlingen gekozen deel van de MR moet van tevoren hebben ingestemd met het aanmerken van lunchtijd als onderwijstijd (artikel 13, eerste lid, onder h van de WMS) en met de vaststelling van de schoolgids (artikel 13, eerste lid, onder g van de WMS).
- Ouders moeten worden geraadpleegd voorafgaand aan het nemen van een besluit over het vaststellen van de onderwijstijd (WMS, Art. 15 lid 3).
- Zie ook Lunchtijd en onderwijstijd | Onderwijstijd | Inspectie van het onderwijs (onderwijsinspectie.nl)
Een leerling groep 8 is verhuisd en naar een nieuwe school gegaan. De voormalige school heeft vlak voor de overgang naar nieuwe school het voorlopig schooladvies gegeven. Mag de nieuwe school nu alsnog een ander (hoger) advies geven?
Het voorlopige schooladvies kan nog worden aangepast door de basisschool voordat deze wordt vastgesteld. Er kunnen dus geen rechten aan worden ontleend. Basisscholen moeten vóór 1 maart – dit jaar is dat uitgesteld naar 15 maart (Deadline vaststellen schooladvies uitgesteld naar 15 maart) - een definitief schriftelijk schooladvies geven aan elk kind in groep 8 (artikel 42 lid 2 WPO). De po-school waar de leerling ingeschreven staat registreert uiterlijk op deze datum in BRON wat het schooladvies is. Dus ook al heeft de vorige po-school een advies meegegeven, het is aan de po-school waar de leerling ingeschreven staat. Na deze datum kan het schooladvies alleen worden bijgesteld wanneer op basis van de eindtoets een hoger schooltype wordt geadviseerd dan het schooladvies. Meer informatie over het schooladvies is te vinden op de website Van PO naar VO.
Is bij een gecombineerd advies altijd het hoogste advies leidend bij de toelating van het kind?
Basisscholen kunnen een enkelvoudig schooladvies voor één schoolsoort geven, bijvoorbeeld een advies voor havo. Maar het is ook mogelijk dat er een meervoudig of dubbel schooladvies wordt gegeven, bijvoorbeeld een advies voor vmbo-t/havo. De Onderwijsinspectie geeft aan dat het dubbele schooladvies geschikt is voor leerlingen van wie nog niet geheel helder is in welke schoolsoort de leerling het beste tot zijn recht komt. Scholen mogen in plaatsingswijzers niet afspreken dat de basisschool alleen enkelvoudige adviezen mag geven. Leerlingen met een meervoudig schooladvies mogen zich altijd aanmelden voor het hoogste van de twee onderwijsniveaus. Middelbare scholen mogen kinderen met een dubbel advies niet automatisch op het laagste niveau van de twee plaatsen, maar moeten altijd naar het individuele kind kijken. Heeft het kind een ‘dubbel’ schooladvies, dan mag het in principe dus naar beide schoolsoorten. Voormalig Staatssecretaris Dekker van Onderwijs heeft hier eerder de volgende uitleg aan gegeven:
“Ouders van leerlingen met een dubbeladvies kunnen hun kind ook voor een brugklas aanmelden op elk in dat advies genoemde schoolniveau, uiteraard voor zover de school deze brugklassen aanbiedt. Een leerling met een dubbeladvies mag dus ook altijd aangemeld worden voor het hoogste van de twee daarin genoemde onderwijsniveaus. Het is wenselijk dat de middelbare school leerlingen vervolgens ook daadwerkelijk op dat onderwijsniveau accepteert. Uiteindelijk is het de middelbare school die bepaalt in welke brugklas de leerlingen wordt geplaatst. Het is belangrijk dat de school de ouders van de leerling goed bij deze afweging betrekt, en deze toelicht alvorens tot definitieve plaatsing over te gaan. Scholen die slechts één schoolsoort (bijvoorbeeld categorale vwo-scholen) aanbieden, behoeven leerlingen met een dubbeladvies niet verplicht te plaatsen. Mocht immers blijken dat de leerling het ‘hoogste’ niveau van het dubbeladvies toch niet aankan, dan kan de school de leerling geen alternatief programma bieden.” (Brief Staatssecretaris Dekker, 15 februari 2016, referentienummer 879659).
Naast het schooladvies mag de basisschool een plaatsingsadvies geven waaruit blijkt welke brugklas het meest geschikt zou zijn voor de leerling, gegeven het schooladvies. De plaatsingswijzer is slechts een hulpmiddel voor de basisschool en mag niet door de middelbare school als toelatingseis worden gebruikt. Met andere woorden: als de basisschool besluit om een ander schooladvies te geven dan je op grond van de plaatsingswijzer zou verwachten, de middelbare school blijft gehouden de toelating te baseren op het schooladvies (artikel 3 lid 2 Inrichtingsbesluit WVO).
Het schooladvies is dus leidend voor de toelating tot het VO, aan het plaatsingsadvies en plaatsingswijzer kunnen geen rechten worden ontleend. Het moet voor iedereen duidelijk zijn welk advies het schooladvies is en welk advies het plaatsingsadvies is. Het schooladvies dient bij alle partijen bekend te zijn en hetzelfde te zijn. Zo dienen de ouders, de school voor voortgezet onderwijs en de registratie in BRON PO allemaal over hetzelfde schooladvies te beschikken.
Zie ook Het schooladvies | Onderwijsgeschillen en verder op de website vanponaarvo.nl.
Als een leerling op de eindtoets op een hoger niveau scoort dan het gegeven schooladvies, is de school dan verplicht het schooladvies bij te stellen?
Dit is niet het geval. De school is verplicht om bij een hoger resultaat op de eindtoets het afgegeven schooladvies te heroverwegen. Ze is niet verplicht het bij te stellen.
Sinds het schooljaar 2014-2015 is niet langer de eindtoets maar het schooladvies leidend bij de plaatsing van een leerling in het voortgezet onderwijs. Het schooladvies voorspelt volgens de overheid beter dan de eindtoets welk onderwijsniveau de leerling aan kan, omdat het schooladvies gebaseerd is op de gehele ontwikkeling op de basisschool. Het oordeel van de leraar staat daarbij centraal.
De eindtoets meet vooral kennis en vaardigheden en dient als tweede objectieve gegeven bij de overgang naar het voortgezet onderwijs naast het schooladvies, om te voorkomen dat basisscholen te lage schooladviezen geven.
Heroverwegen verplicht
De WPO (artikel 42) schrijft voor dat scholen bij een hoger resultaat op de eindtoets verplicht zijn om het afgegeven schooladvies opnieuw kritisch te bezien: is dit advies, gegeven de eindtoetsscore, inderdaad het best passende schooladvies voor deze leerling? De school is dus verplicht om bij een hoger resultaat op de eindtoets het afgegeven schooladvies te heroverwegen.
Als de school het schooladvies niet aanpast aan de uitslag van de eindtoets, moet zij dit motiveren. Als de score op de eindtoets juist lager is dan het gegeven schooladvies, mag de basisschool het schooladvies niet aanpassen.
Klacht indienen
Ouders die het niet eens zijn met het schooladvies kunnen hierover in gesprek gaan met de leerkracht of directeur van de basisschool. Zijn zij niet tevreden over de uitkomst van de gesprekken, dan kunnen zij een klacht indienen bij de klachtencommissie van de school. Veel scholen zijn aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs (LKC) van de Stichting Onderwijsgeschillen.
Op de de themapagina Schooladvies van Onderwijsgeschillen zijn verschillende uitspraken te vinden waaruit duidelijk wordt waar de LKC op let bij klachten over de heroverweging en het schooladvies:
- Het schooladvies behoort tot de beoordelingsbevoegdheid van de betrokken leerkrachten, schoolleiding en de directie. De Commissie beoordeelt daarom klachten over schooladviezen terughoudend. De school heeft bij uitstek de deskundigheid op gebied van het kennen en kunnen van een leerling;
- Het schooladvies moet zorgvuldig tot stand zijn gekomen, volgens het schoolprotocol en en met toelichting van het advies aan de ouders;
- Een school heeft de vrijheid om te besluiten het schooladvies na de uitkomst van de eindtoets al dan niet te verhogen. De school kan de overwegingen daarvoor baseren op de resultaten van de afgelopen jaren, de werkhouding en het beeld dat de leerkrachten hebben van de leerling;
- Alleen als het advies overduidelijk onjuist is, kan de Commissie adviseren over bijstelling van het schooladvies. De Commissie is niet bevoegd om een schooladvies te geven of te wijzigen.
Bij welk IQ tellen de resultaten van een leerling niet mee in de eindbeoordeling van de inspectie?
Alleen de resultaten van leerlingen die voldoen aan de ontheffingsgronden tellen niet mee in de eindbeoordeling van de Inspectie. Daaronder vallen zeer moeilijk lerende leerlingen met een IQ onder de 75, leerlingen die minder dan 4 jaar in Nederland zijn en die het Nederlands onvoldoende beheersen en leerlingen met een OPP en een verwachte uitstroombestemming arbeidsmarktgericht of dagbesteding. Deze leerlingen hoeven geen eindtoets te maken, maar het mag wel. Resultaten van alle andere leerlingen tellen wel mee. Vanaf schooljaar schooljaar 2020-2021 nemen so- en sbo-scholen ook verplicht een eindtoets af. Meer informatie over de manier waarop de inspectie leerresultaten beoordeelt, staat beschreven de Regeling Leerresultaten PO.
Hoe maak ik mijn leraren meer ICT-vaardig?
Scholing en professionalisering is vaak een kwestie van prioritering, ook als het gaat om financiering. Veel scholen kiezen ervoor om ICT-vaardigheden in de praktijk te professionaliseren. Een ICT-coördinator, peer learning of professionele leergemeenschappen kunnen daarbij ondersteunen. Kijk ook op samenslimmerpo.nl/dossiers/ict-bekwaamheid.