Overslaan en naar de inhoud gaan
Home
Terug Zoeken Menu Menu close
Close menu

Top navigation

  • Agenda
  • Contact
  • Nieuws
  • Over de PO-Raad
  • Lid worden
  • Mijn PO-Raad

Hoofdnavigatie

  • Home
  • Onderwijskwaliteit
    • Schoolontwikkeling
    • Kerndoelen
    • Leermiddelen
    • AI
    • Overgang PO-VO
    • Inspectietoezicht
  • Onderwijskansen
    • Kinderopvang en VVE
    • Passend en inclusiever onderwijs
    • Nieuwkomers
    • Gezonde leefstijl
    • Gespecialiseerd onderwijs
    • Sociale veiligheid op school
  • Arbeidszaken
    • Cao en pensioen (arbeidsvoorwaarden)
    • Opleiden & professionaliseren
    • Diversiteit en inclusief werkgeverschap
    • Functies en functiewaardering
    • Strategisch hr-beleid
    • Onderwijsarbeidsmarkt
    • Informatie en instrumenten voor hr-praktijk
  • Bedrijfsvoering
    • Financiën primair onderwijs
    • Onderwijshuisvesting
    • Digitale veiligheid
  • Professioneel bestuur
    • Kwaliteitsagenda
    • Goed bestuur

Secondaire navigatie

  • Diensten
  • PO-Academie
  • Zoeken

Kruimelpad

  1. Home
  2. Zoeken

Zoeken

Zoekfilters

Type

  • Veelgestelde vraag (7)
  • Nieuws (530)
  • Interview (108)
  • Blog (32)
  • Praktijkvoorbeeld (14)
  • Pagina (13)
  • Expertise (10)
  • Aan de slag (6)
  • Download (2)
  • Bijeenkomst (1)
  • Onlinebijeenkomst (1)
  • Standpunt (1)
  • Toolbox (1)

Thema

  • Bewegingsonderwijs (1)
  • Digitale veiligheid (1)
  • Gezonde leefstijl (1)
  • Strategisch hr-beleid (1)
7 resultaten gevonden voor: Hoe word ik een Gezonde school
veelgestelde vraag
17 februari 2022

Hoe word ik een Gezonde school?

Scholen die aantoonbaar goed met gezondheid bezig zijn, kunnen een Vignet Gezonde School verdienen. Het vignet is een erkenning voor het feit dat een school planmatig en structureel werkt aan minimaal één aspect van gezondheid en niet alleen aan losse activiteiten. Er zijn acht deelcertificaten, o.a. voor voeding, sport en bewegen en sociaal-emotionele ontwikkeling. Ga voor meer informatie naar gezondeschool.nl.

veelgestelde vraag
26 juni 2023

Wat houdt de urennorm bewegingsonderwijs in?

Scholen in het primair onderwijs moeten vanaf schooljaar 2023/2024 ten minste twee (les)uren per week bewegingsonderwijs geven. In de praktijk komt dat neer op ten minste 2 x 45 minuten per leerling per week. Het is belangrijk is dat kinderen voldoende en goed bewegingsonderwijs krijgen. Daarmee wordt de basis gelegd om op latere leeftijd gezond door het leven te gaan. De nieuwe norm van twee (les)uren bewegingsonderwijs per week draagt hieraan bij.

veelgestelde vraag
17 februari 2022

Welke rol hebben de middelen voor passend onderwijs bij het berekenen van de ontslagruimte van schoolbesturen in het reguliere basisonderwijs?

De ontslagruimte werd in het verleden bepaald door het verschil in Rijksbekostiging gedurende twee jaren. Over het algemeen geldt dat hoe meer de bekostiging stijgt, hoe kleiner de ontslagruimte wordt. De middelen voor passend onderwijs, die via de samenwerkingsbestanden bij schoolbesturen terechtkomen, hebben hier niet per definitie invloed op, zo blijkt uit een reactie van het Participatiefonds.
Een werkgever mag een dienstverband van een werknemer beëindigen wanneer er in zijn ogen zogenoemde ‘kwalitatieve fricties’ ontstaan en de werkgever anders geen goed onderwijs meer kan verzorgen. Dergelijke fricties kunnen ook ontstaan ondanks het geld voor passend onderwijs dat via het samenwerkingsverband naar de schoolbesturen toekomt. Dat geld is namelijk bedoeld voor begeleiding van leerlingen in het kader van passend onderwijs en kan niet zomaar worden uitgegeven aan het behoud van een willekeurige werknemer.
Een schoolbestuur dat in zo’n situatie komt en een werknemer gaat ontslaan, kan een vergoedingsverzoek bij het Participatiefonds indienen. Er moet dan wel altijd overleg met de vakbonden worden gevoerd (volgens het vigerende overlegprotocol).
Het Participatiefonds wordt naar verwachting per 1 augustus 2022 gemoderniseerd. Voor ontslagen op of na die datum gaat het schoolbestuur bijdragen in de werkeloosheidskosten (50%, bij uitzondering 10%).

veelgestelde vraag
17 februari 2022

Hoe worden de vorderingen van leerlingen in het po bepaald?

Dat gebeurt gedurende de hele periode op de basisschool. School en ouders krijgen zowel door toetsing als door ervaring inzicht in hoe een kind presteert ten opzichte van klas- en leeftijdsgenoten.

Leerling- en onderwijsvolgsysteem
Met hulp van leerling- en onderwijsvolgsysteem wordt gekeken hoe een leerling zich op school ontwikkelt. Er wordt gekeken naar wat de leerling en zijn klas weten en kunnen en hoeveel zij vooruit gaan. Scholen zijn verplicht om zo’n systeem te gebruiken, in ieder geval voor taal en rekenen, maar ze mogen zelf bepalen welk systeem ze inzetten en hoe vaak ze het niveau meten.

Reguliere toetsen
Scholen nemen ook toetsen af die meten of een leerling de aangeboden lesstof beheerst. De resultaten laten zien hoe een kind presteert in vergelijking met leeftijdsgenoten. Scholen mogen zelf bepalen of en hoe vaak ze leerlingen een toets laten maken. Toetsen moeten wel valide, betrouwbaar en methodeonafhankelijk genormeerd zijn. Kleutertoetsen zijn vanaf 2023 niet meer toegestaan. Er wordt aan de hand van observaties bekeken hoe een kleuter zich ontwikkelt en leert.

Doorstroomtoets
Aan het eind van groep acht maken alle basisschoolleerlingen een doorstroomtoets. Deze toets geldt als tweede, schoolonafhankelijk gegeven naast het schooladvies op basis waarvan school en ouders bepalen naar welk niveau middelbare school een leerling gaat. Als leerlingen op de doorstroomtoets beter scoren dan op basis van het schooladvies mag worden verwacht, dan moet de school haar advies heroverwegen. Als het kind lager scoort, dan mag het advies niet naar beneden worden bijgesteld. De resultaten van alle toetsen worden opgenomen in het onderwijskundig rapport (OKR) van de leerling. De nieuwe school krijgt daarmee een beeld van de leerling zodat zij het onderwijs zo goed mogelijk kunnen afstemmen. Scholen zijn verplicht ouders te informeren over de inhoud van dit rapport.

veelgestelde vraag
17 februari 2022

Mogen scholen leerlinggegevens verstrekken aan de GGD tbv het Elektronisch Kinddossier?

Scholen hoeven geen gegevens over leerlingen te verstrekken aan derden, zoals de GGD. Dat was vroeger wel zo, maar dat is gewijzigd per 1 augustus 2016. JGZ-organisaties kunnen deze gegevens nu via BRON verkrijgen. In de Wet op het onderwijstoezicht staat hierover het volgende:

Artikel 24f. Het verstrekken van gegevens aan derden

  1. Uit het basisregister onderwijs worden aan burgemeester en wethouders ter uitvoering van de taak, bedoeld in artikel 5 van de Wet publieke gezondheid, periodiek desgevraagd de volgende gegevens verstrekt van de leerlingen of deelnemers tot 18 jaar, die onderwijs volgen binnen de gemeente:
  2. Het persoonsgebonden nummer en de naam van de leerling of deelnemer;
  3. De geboortedatum van de leerling of deelnemer;
  4. Het registratienummer van de instelling waar de leerling of deelnemer is ingeschreven of, indien er sprake is van een nevenvestiging of tijdelijke vestiging, het registratienummer daarvan;
  5. Het soort onderwijs;
  6. De datum van inschrijving in het leerjaar of onderwijstype;
  7. De groep.
veelgestelde vraag
27 september 2022

Valt het behalen van de lesbevoegdheid onder de verplichte door werkgevers te betalen opleidingen? Waardoor de werkgever geen afspraken mag maken over terugbetaling?

Onze juridische afdeling ontvangt geregeld de vraag of de kosten voor het halen van een lesbevoegdheid onder een verplichte opleiding valt. In beginsel is dit, volgens de Richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden, niet het geval. En mag een werkgever dus een afspraak maken over terugbetaling. Er zijn echter uitzonderingen. Denk bijvoorbeeld aan een boventallige werknemer die door het volgen van een opleiding herplaatst kan worden. De werkgever is dan wel verplicht deze werknemer de opleiding kosteloos aan te bieden om ontslag te voorkomen. Lees hieronder een uitgebreidere toelichting.

Loop je zelf tegen zo'n situatie aan?

Dan raden wij je aan om de aanbieder van de opleiding te laten toetsen (aan relevante wet- en regelgeving) of jouw werkgever een studieovereenkomst mag opstellen. 

Valt het behalen van een lesbevoegdheid onder een verplichte opleiding?
Een uitgebreidere toelichting. 

Sinds 1 augustus jl. is het niet meer toegestaan om in alle gevallen een studiekostenovereenkomst te sluiten. Nieuw is dat een opleiding, die de werkgever verplicht aan moet bieden op grond van de wet of cao, door de werkgever moet worden betaald, artikel 7:611a BW.

Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een factsheet gepubliceerd waarin nader wordt ingegaan op de wettelijke verplichting tot het aanbieden van scholing (Richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden (overheid.nl)). Onder het kopje “kosteloze opleiding” staat vermeld dat een opleiding voor een diploma in beginsel niet onder de artikel van de verplichte opleidingen valt. Onder artikel 7:611a lid 2 BW, valt in beginsel niet ook de scholing die noodzakelijk is voor het verkrijgen van een diploma of certificaat waarover de werknemer bij eerste aanvang van de werkzaamheden op grond van een wettelijke verplichting al dient te beschikken om een functie te mogen uitvoeren.

Om les te kunnen geven op een school dient de werknemer te beschikken over een bepaalde onderwijsbevoegdheid. Deze kan worden behaald door een lerarenopleiding af te ronden aan een hogeschool of universiteit. Hoewel deze scholing noodzakelijk is voor het uitvoeren van de functie, volgt uit de voornoemde factsheet dat deze, in beginsel, niet onder verplichte scholing valt als bedoeld onder artikel 7:611a BW. De verplichte scholing van 7:611aBW die de werkgever kosteloos moet aanbieden, is niet per definitie hetzelfde als scholing die wetgever verplicht stelt om bepaalde vakken uit te oefenen. Daaruit volgt niet automatisch dat werkgever verplicht is deze scholing aan te bieden. Werkgever kunnen er namelijk voor kiezen om reeds geschoolde werknemers aan te nemen.

veelgestelde vraag
17 februari 2022

Ik wil op school aan de slag met werkdruk, hoe pak ik dat aan?

Werkdruk is een veelkoppig monster. Er zijn ontzettend veel aspecten die ervoor kunnen zorgen dat een leraar een hoge werkdruk ervaart. Die aspecten zijn verschillend per school en per persoon. Dat maakt dat de aanpak van werkdruk in moet spelen op deze verschillen.

Volgens onderzoek van TNO kan werkdruk het best worden aangepakt door vijf stappen te doorlopen. Aan de hand van deze stappen wordt beschreven hoe scholen om kunnen gaan met werkdruk en welke hulpmiddelen daarvoor beschikbaar zijn. 

1. Bepalen of er sprake is van werkdruk

Om werkdruk goed aan te pakken is het belangrijk dat scholen eerst de huidige situatie analyseren. In hoeverre is er op school sprake van werkdruk? De ervaren werkdruk is onderdeel van de RI&E cyclus. Speciaal voor het primair onderwijs heeft het Vervangingsfonds de Arbomeester ontwikkeld. De Arbomeester is het branche erkende instrument om een RI & E uit te voeren. In de week van de werkstress zal de Arbocatalogus PO een ‘Werkdrukspel’ lanceren. Dit Werkdrukspel kan worden gebruikt om het gesprek over werkdruk op school voeren.

2. Achterhalen waar werkdruk vandaan komt

Als is vastgesteld dat er op school inderdaad een hoge werkdruk wordt ervaren, is het belangrijk om te onderzoeken waar die precies vandaan komt. Maatregelen kunnen dan gerichter worden ingezet. Om uit te zoeken waar de werkdruk vandaan komt kan gebruik worden gemaakt van de werkdrukscan. De werkdrukscan is speciaal voor het primair onderwijs ontwikkeld door het Vervangingsfonds.

3. Plan van aanpak opstellen

Bij het verlagen van de werkdruk kunnen veel verschillende maatregelen worden genomen. Als duidelijk is waar het probleem precies vandaan komt, kan een plan van aanpak worden opgesteld. Voor een aantal knelpunten biedt de Arbocatalogus PO manieren om ze op te lossen. Ook wordt op de website van de Arbocatalogus PO verwezen naar andere websites en instanties waar bruikbare informatie over het oplossen van werkdruk kan worden gevonden. Wij willen dat leraren en teams zo veel mogelijk zeggenschap krijgen over de aanpak van werkdruk bij hun op school.

4. Plan van aanpak uitvoeren

Als er een plan van aanpak ligt over hoe werkdruk kan worden verlaagt, moet het plan uiteraard worden uitgevoerd.

5. Evaluatie

Nadat het plan van aanpak is uitgevoerd, moet worden geëvalueerd of het plan het beoogde effect heeft gehad. Is de werkdruk ook echt verlaagd? En welke maatregelen werken wel en niet?

Voor meer informatie over de aanpak, kijk op de website van TNO.

Meer weten?

Kijk ook eens bij het thema Werkgeverszaken of het onderwerp HRM.

Aanmelden voor de wekelijkse nieuwsbrief

Onze nieuwsbrieven bevatten relevante nieuwsberichten en informatie voor scholen en hun besturen in het primair onderwijs en andere geïnteresseerden.

Aanmelden

Footer hoofdmenu

  • Over de PO-Raad
    • Nieuws
    • PO-Academie
    • Agenda
    • Lid worden
    • Bestuur
    • Missie en visie
  • Contact & Service
    • Contact
    • Juridische helpdesk
    • Mijn PO-Raad
    • Veelgestelde vragen
    • Werken bij de PO-Raad

Volg ons ook via

  • Volg ons op Twitter
  • Volg ons op LinkedIn
  • Volg ons op Youtube
  • Volg ons op Vimeo

Footer navigation

  • Algemene voorwaarden
  • Disclaimer
  • Privacyverklaring