Zoeken
Zoekfilters
Type
Thema
Serviceniveau
Vergaderingen bestuur 2024
Vergadering | Datum | Aanvang | Einde | Locatie |
AB/DB vergadering | 23 januari 2024 | 12.30 | 16.00 | PO-Raad, Aidadreef 4 Utrecht |
AB/DB vergadering | 27 februari 2024 | 12.30 | 16.00 | PO-Raad, Aidadreef 4 Utrecht |
AB/DB vergadering | 12 maart 2024 | 12.30 | 16.00 | PO-Raad, Aidadreef 4 Utrecht |
24-uurssessie | 4 en 5 april 2024 | 14.00 | 14.00 | Ntb |
AB/DB vergadering | 14 mei 2024 | 12.30 | 16.00 | PO-Raad, Aidadreef 4 Utrecht |
ALV | 6 juni 2024 | 12.00 | 17.00 | Woerden |
AB/DB vergadering | 18 juni 2024 | 12.30 | 16.00 | PO-Raad, Aidadreef 4 Utrecht |
AB/DB vergadering en Heidag | 11 september 2024 | 10.00 | 18.00 | Ntb |
AB/DB vergadering | 8 oktober 2024 | 12.30 | 16.00 | PO-Raad, Aidadreef 4 Utrecht |
ALV | 14 november 2024 | Ntb | Ntb | Ntb |
AB/DB vergadering | 19 november 2024 | 12.30 | 16.00 | PO-Raad, Aidadreef 4 Utrecht |
AB/DB vergadering aansluitend diner | 12 december 2024 | 14.30 | 18.00 | PO-Raad, Aidadreef 4 Utrecht |
Een schoolbestuur heeft een boete ontvangen van de Inspectie SZW, omdat een arbeidsongeval niet gemeld was bij die organisatie. Wat is de regelgeving hieromtrent?
Werkgevers zijn verplicht een arbeidsongeval te melden bij de Inspectie SZW. Voor scholen geldt ook dat de meldingsplicht bestaat als een leerling een ongeval overkomt. De boetes op het niet tijdig melden zijn sinds 2013 verhoogd en kan maximaal oplopen tot € 50.000!
Wanneer is een school meldingsplichtig?
Een meldingsplichtig arbeidsongeval is een arbeidsongeval waarbij het slachtoffer aan de gevolgen overlijdt, blijvend letsel oploopt of in een ziekenhuis moet worden opgenomen.
- Een arbeidsongeval is een ongeval dat plaatsvindt bij of als gevolg van werkzaamheden. Dat kan zijn in een bedrijf of instelling, op een (bouw)locatie, op het land of boerenerf, bij het werken aan de weg, bruggen, viaducten, op of in het water, enzovoorts. Kortom, overal waar werknemers aan het werk kunnen zijn. NB. (Verkeers)ongevallen die tijdens woon-werkverkeer plaatsvinden worden niet als arbeidsongevallen aangemerkt.
- Onder ‘blijvend letsel’ wordt onder andere verstaan: amputatie, blindheid, of chronische lichamelijke of psychische/traumatische klachten.
- Onder ‘ziekenhuisopname’ wordt verstaan dat een slachtoffer in een ziekenhuis wordt opgenomen. Ook een dagopname valt hieronder. Poliklinische behandeling wordt dus niet als ziekenhuisopname beschouwd.
Zie voor meer informatie over dit onderwerp de website van SZW:
Is er een mogelijkheid tot (gedeeltelijke) compensatie van de transitievergoeding na twee jaar ziekte?
De transitievergoeding kan vanaf 1 april 2020 door UWV met terugwerkende kracht gecompenseerd worden. UWV vergoedt de transitievergoeding tot en met de dag nadat de twee jaar ziekteperiode voorbij is.
Wanneer is een school ‘algemeen bijzonder’?
Bijzondere scholen geven les op basis van godsdienst, levensovertuiging of een visie op het onderwijs. Algemeen bijzonder zijn de scholen die niet uitgaan van een godsdienst of levensbeschouwing, maar wel een bepaalde onderwijskundige (pedagogische) grondslag hebben, zoals Jenaplan, Montessori, Dalton, Freinet, etc. De exacte betekenis van bijzonder, algemeen bijzonder en openbaar onderwijs worden uitgelegd op de website van de overheid.
Mag je een school- en pleinverbod opleggen aan een ouder bij verbaal grensoverschrijdend gedrag?
Ja, de school mag een ouder een school- en/of pleinverbod opleggen bij ernstige verstoring van de rust en orde op de school. Dat mag alleen als de ouder meerdere keren is gewaarschuwd. Bij een pleinverbod moet duidelijk zijn hoe lang het geldt. Als de ouder het verbod overtreedt, kun je de politie inschakelen. Als de ouder blijft volharden in het ongewenste gedrag is het zelfs mogelijk zijn of haar kind(eren) te verwijderen van school met als grond ernstige verstoring van rust en orde.
Mag een ouder inzage eisen in de Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) van personeelsleden, vrijwilligers en ingehuurde krachten?
Nee, ouders krijgen geen inzage in de VOG van een personeelslid. Je kunt ouders wel laten weten dat iedereen op school een VOG heeft en dat dit wordt gecontroleerd door de Inspectie van het Onderwijs en accountants.
Wat verandert er met ingang van 1 januari 2021 voor de benoeming van een bestuurder van een samenwerkingsverband?
Als gevolg van de inwerkingtreding van de Wet actualisering deugdelijkheidseisen funderend onderwijs, is de benoeming van een bestuurder in een samenwerkingsverband in lijn gebracht met de procedure voor benoeming van het bevoegd gezag van een school.
Vanaf 1 januari 2021 moet voor het benoemen van een bestuurder van het samenwerkingsverband een sollicitatiecommissie worden ingesteld, waarvan in elk geval deel uitmaken:
-
een lid uit of namens de personeelsgeleding van de MR van het samenwerkingsverband;
- een lid uit of namens de personeelsgeleding van de OPR;
- een lid uit of namens de ouder-/leerlinggeleding van de OPR.
Je leest er meer over in het bericht op de website van infowms.nl.
Hoeveel werk brengt het vullen van de Benchmark PO&VO met zich mee?
De sector verzamelt al veel informatie. We kunnen veel reeds beschikbare data over bijvoorbeeld de formatie, financiële- en onderwijsgegevens, uit bestaande informatiestromen (bijv. bij DUO) halen en onderdeel maken van de benchmark. Wij geven er altijd de voorkeur aan om bestaande data te gebruiken en indien nodig te verbeteren. Als dat niet kan, komt een aanvullende uitvraag in beeld. Dit kan betekenen dat medewerkers die werken in de prestatievelden onderwijs, financiën en huisvesting jaarlijks een aantal uren aan de benchmark besteden. Dat zullen wij zo veel mogelijk beperken.
Heeft een werknemer die na langdurige arbeidsongeschiktheid op grond van artikel 3.7 lid 2 CAO PO en artikel 20 lid 6 ZAPO in een lager betaalde functie wordt herplaatst aanspraak op gedeeltelijke transitievergoeding?
De vraag die hier beantwoord moet worden is of een vermindering van het salaris als gevolg van een functiewijziging gelijkgesteld dient te worden met een vermindering van de arbeidsduur. Op basis van het zogenoemde Kolom-arrest kan een werknemer namelijk recht hebben op een gedeeltelijke transitievergoeding indien sprake is van een (substantiële en structurele) vermindering van de arbeidsduur van de werknemer. Geldt datzelfde voor de gevallen waarin de arbeidsduur weliswaar gelijk blijft, maar het salaris lager wordt? In het Kolom-arrest en later in het Sipor-arrest is door de Hoge Raad bepaald dat herplaatsing in een andere passende functie met een lager salaris niet kan worden gelijkgesteld aan gedeeltelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst in de zin van art. 7:673 BW. Een vermindering van salaris (zonder urenverlies) die het gevolg is van herplaatsing geeft dan ook geen recht op een transitievergoeding. Zie voor de uitspraak HR, 17-04-2020, nr. 19/04725
De toekenning van een transitievergoeding is en blijft dus gekoppeld aan de (gedeeltelijke) beëindiging van de arbeidsovereenkomst en staat los van de hoogte van het salaris c.q. het functieniveau.
De overwegingen van de Hoge Raad waren als volgt:
- Met het wettelijke stelsel en het karakter van de transitievergoeding is niet verenigbaar dat aanspraak ontstaat op een gedeeltelijke transitievergoeding bij een inkomensachteruitgang door herplaatsing in een functie met een lager salaris. Herplaatsing in een andere passende functie (zonder urenverlies) is geen vorm van beëindiging als bedoeld in art. 7:673 BW. Een dergelijke herplaatsing door de werkgever wordt in het wettelijke stelsel, blijkens art. 7:669 lid 1 BW in verbinding met art. 7:673 BW, juist gezien als een (in beginsel voorgeschreven) weg om te voorkomen dat de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd.
- Herplaatsing in een andere passende functie is ook niet op een lijn te stellen met gedeeltelijke beëindiging van een arbeidsovereenkomst, zoals bedoeld in de Kolom-beschikking, waarin de Hoge Raad oordeelde dat de werknemer recht heeft op transitievergoeding naar evenredigheid van de vermindering van de arbeidsduur als sprake is van een substantiële (20% of meer) en structurele (van blijvende aard) vermindering van de arbeidsduur. Die wettelijke regeling is niet bedoeld om een vergoeding aan de werknemer toe te kennen voor verlies van inkomen om andere redenen.
- Ter verduidelijking oordeelt de Hoge Raad verder dat als een werknemer een inkomensachteruitgang van ten minste 20% heeft die het gevolg is van de combinatie van een structurele vermindering van de arbeidsduur met minder dan 20% en herplaatsing in een functie met een lager salaris, er evenmin aanspraak op een (gedeeltelijke) transitievergoeding bestaat. In dat geval is immers niet voldaan aan de eis van een substantiële vermindering van de arbeidsduur, zoals bedoeld in de Kolom-beschikking.