Nieuws

Geld uit Prestatiebox blijft na 2020 essentieel voor ontwikkeling primair onderwijs

De zogenaamde Prestatieboxmiddelen worden na 2020 voor een belangrijk deel toegevoegd aan de lumpsum voor het primair onderwijs. Het andere deel van het geld gaat via een aanvullende bekostigingsregeling naar de scholen. Dat heeft minister Arie Slob (Onderwijs) voorgesteld aan de Tweede Kamer. De PO-Raad stelt vast dat het belangrijk is voor scholen dat dit geld beschikbaar blijft voor hun verdere ontwikkeling.

Het bestuursakkoord primair onderwijs loopt eind dit jaar af. Op basis van een evaluatie van het akkoord heeft Slob een voorstel gedaan over de inzet van het betreffende geld na 2020. De Tweede Kamer gaat binnenkort over dat voorstel praten. De nieuwe regelingen moeten dan ingaan per schooljaar 2021-2022.

Voor het gebruik van digitaal lesmateriaal, onderzoekend leren (wetenschap en techniek), toptalenten (hoogbegaafdheid), verbeteren in de klas en Vensters PO wordt vanaf volgend schooljaar €137,3 miljoen toegevoegd aan de lumpsum. Schoolbesturen kunnen met dat geld keuzes maken uit de genoemde doelen en verantwoorden hierover in de reguliere verantwoordingscyclus.

Voor cultuureducatie (€23,5 miljoen) komt er een personele bekostigingsregeling lumpsum. Schoolbesturen moeten de besteding van dit geld, afkomstig uit de cultuursector, inzichtelijk blijven maken. De PO-Raad verwacht hierover nog een nadere uitwerking.

Professionalisering en begeleiding starters

De minister wil het resterende bedrag uit de Prestatiebox van €139,6 miljoen via een aanvullende bekostigingsregeling beschikbaar stellen voor de verdere professionalisering van het personeel en de begeleiding van startende leraren. Over de besteding van deze middelen vindt gemeenschappelijke besluitvorming plaats met de personeelsgeleding van de medezeggenschapsraad (PMR). Vanwege de inspraak die hierin is opgenomen voor de PMR, maakt de minister een vergelijking met de werkdruksystematiek.

De bekostigingsregeling (voor de verdeling van de  €139,6 miljoen) wordt voor de hele sector ingericht op basis van een gelijk bedrag per leerling. Schoolbesturen en scholen voor gespecialiseerd onderwijs krijgen als gevolg hiervan een lager budget voor professionalisering en begeleiding van starters dan het regulier onderwijs. De PO-Raad vindt dat de minister daarmee geen recht doet aan de complexe situatie in het speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs.

Bewegingsonderwijs

Slob wil vanaf 2023 scholen verplichten om twee lesuren bewegingsonderwijs te realiseren. De minister wendt €8 miljoen aan structurele middelen aan om te bevorderen dat scholen tijdig aan deze eis gaan voldoen. Hij gaat hierover nader overleg voeren met betrokken partijen.

De PO-Raad benadrukt dat het essentieel is voor de kwaliteit van het onderwijs dat het geld uit de Prestatiebox beschikbaar blijft voor het primair onderwijs. Uit onderzoek van Regioplan blijkt dat een andere besteding van dit geld leidt tot een toename van de werkdruk voor leraren en een afname van de kwaliteit van het onderwijs. Dat de kwaliteit van het primair onderwijs toch al onder druk staat blijkt uit het rapport ‘Een verstevigd fundament voor iedereen’ van onderzoeksbureau McKinsey & Company.

Voor meer achtergrond lees ook: Schoolbestuur blijft eindverantwoordelijk voor ontwikkeling schoolorganisatie (alleen voor leden PO-Raad met inlog voor mijn.poraad.nl).