Zoeken
Zoekfilters
Type
Thema
Serviceniveau
Wat gebeurt er met een AOW-gerechtigde werknemer die ziek wordt?
De AOW-gerechtigde werknemer heeft recht op loondoorbetaling tijdens ziekte voor een periode van dertien weken (art. 4 sub b ZAPO). Daarna stopt het recht op loon. De werknemer blijft wel in dienst totdat de arbeidsovereenkomst eindigt (van rechtswege of door opzegging/ontbinding). Als de werkgever de arbeidsovereenkomst tussentijds wil opzeggen, moet daar een redelijke grond voor zijn. Voor beide partijen geldt een opzegtermijn van een maand (art. 3.9 lid 2 sub b CAO PO). Als de werknemer gedurende het ziekteverlof herstelt, gaat hij weer aan het werk en wordt het loon weer betaald.
Kan een leraar die parttime werkt verplicht worden om op een vrije dag toch mee te doen aan verplichte teamactiviteiten?
In artikel 2.3 van de cao staat beschreven hoe de inzet per werknemer is geregeld. Daarvoor is het werkverdelingsplan uitgangspunt. Hierin worden voor de zomervakantie de afspraken vastgelegd.
Daarbij worden ook de dagen aangewezen, waarop bijvoorbeeld een rapportvergadering of een studiedag plaats zal vinden. Dit is dan een reguliere werkdag, die niet per se een lesdag hoeft te zijn.
Ook voor de leraar die in deeltijd werkt, geldt dat wanneer een vergadering is gepland op een vrije dag, deze werknemer verplicht kan worden aanwezig te zijn, als dit past in zijn inzetbaarheid volgens het schema en de ruimte van zijn normjaartaak. Bij de inroostering dient de werkgever wel zo veel mogelijk rekening te houden met de door de werknemer aangegane verplichtingen, waaronder zowel verplichtingen bij een andere werkgever als verplichtingen in de privésfeer.
Van werkgever en werknemer wordt verwacht dat zij zich als goed werkgever en werknemer gedragen, zodat van beide partijen een constructieve houding verwacht mag worden in het overleg betreffende bijvoorbeeld aanwezigheid van een docent op een scholingsdag of de rapportvergadering van zijn leerlingen op zijn vrije dag. Wanneer hierover een conflict ontstaat, zal de rechter/commissie van beroep op grond van een belangenafweging beoordelen of de leraar of diens werkgever in het gelijk wordt gesteld.
Aan welke voorwaarden dient het toelatingsbeleid van een school te voldoen?
Uit uitspraken volgt dat een toelatingsbeleid van een school in ieder geval dient te voldoen aan een aantal beginselen:
- transparantie;
- kenbaarheid;
- non-discriminatie;
- consequente toepassing.
In een brief van de minister van 17 maart jl. wordt aandacht gevraagd voor de transparantie en kenbaarheid. Het is belangrijk dat voor ouders en leerlingen helder is wat de formele procedure van een school is rondom toelating op het moment dat zij zich oriënteren op de schoolkeuze voor hun kind. Wij adviseren schoolbesturen om het toelatingsbeleid duidelijk kenbaar te maken op de website en in de schoolgids. Daarnaast is het van belang om het toelatingsbeleid consequent toe te passen en schriftelijk met ouders van leerlingen te communiceren over de voorwaarden van het door de school gehanteerde toelatingsbeleid.
De nieuwe Wet Burgerschapsonderwijs: wat is er verplicht?
Ook in de nieuwe Wet Burgerschapsonderwijs hebben scholen de vrijheid om vanuit hun eigen identiteit kleur te geven aan het thema Burgerschap. Enkele onderwerpen zijn echter wel verplicht, dit noemen we de gemeenschappelijke kern:
- Kennis van de democratie, de rechtstaat en de grondrechten. Voor PO betekent dit kerndoelen 36, 37, 38 en 43
- Het ontwikkelen van sociale en maatschappelijke competenties
- Een respectvolle oefenplaats bieden waarin actief geoefend wordt met de basiswaarden en Burgerschapsvaardigheden
- Kennis, inzicht en respect voor de 3 basiswaarden: vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit
De 3 basiswaarden zijn verplicht omdat ze de verbindende factor zijn binnen onze samenleving. Ze zorgen ervoor zorgen dat we vreedzaam met elkaar kunnen samenleven. Meer uitleg over wat er precies verplicht is vanuit de wet kun je lezen in Burgerschap op de Basisschool Wet en -regelgeving juli 2021 (pdf).
Hoe verhoudt de Wet Burgerschapsonderwijs zich tot de vrijheid van onderwijs?
Scholen hebben de vrijheid om vanuit hun eigen identiteit kleur te geven aan het thema Burgerschap. Maar ze zijn wel verplicht om dit te doen binnen de grenzen van democratische rechtstaat. De 3 basiswaarden - vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit - en de daarbij passende competenties moeten centraal staan in Burgerschapsonderwijs. Je mag als school dus je eigen opvattingen hebben, maar je moet ervoor zorgen dat daarover dialoog plaatsvindt binnen de school. Hierbij zijn tolerantie, positieve verdraagzaamheid en kennis van en respect voor de basiswaarden van de democratische en pluriforme samenleving cruciaal.
Wat moet er in een schoolplan / schoolgids staan over Burgerschap?
In het schoolplan neem je de volgende zaken op:
- Uitwerking van de Burgerschapsopdracht in relatie tot het onderwijskundig beleid
- Hoe de school zorgt voor een cultuur en oefenplaats waarin de basiswaarden centraal staan
- Hoe je resultaten monitort
- Hoe je leraren ondersteunt en faciliteert
In de schoolgids neem je ook de doelen en resultaten op het gebied van Burgerschapsvorming op. Vermeld hier ook de uitkomsten van de monitoring en daarop gebaseerde maatregelen.