Zoeken
Zoekfilters
Type
Thema
Serviceniveau
Is het mogelijk om gespaarde duurzame inzetbaarheidsuren uit te betalen aan het einde van het dienstverband?
Uren duurzame inzetbaarheid worden in principe niet uitbetaald aan het einde van het dienstverband. Hier is een uitzondering op gemaakt in de CAO PO. Artikel 8A.4 lid 2 CAO PO meldt dat de uren die gespaard zijn ten behoeve van studieverlof uitbetaald worden als het dienstverband op initiatief van de werkgever wordt beëindigd of als de werkgever het dienstverband niet verlengd.
Het werkverdelingsplan, wanneer wordt dit geactualiseerd?
De CAO PO bepaalt dat het team jaarlijks voor de zomervakantie in gesprek gaat over het werkverdelingsplan. Ieder jaar dient het werkverdelingsplan geactualiseerd te worden. Eerst wordt het formatieplan op bestuursniveau vastgesteld. Daarna wordt het werkverdelingsplan op schoolniveau geactualiseerd. De directeur/schoolleider levert de inventarisatie van werkzaamheden aan en plant tijdig een overleg zodat de teamleden daarbij aanwezig kunnen zijn. Naar aanleiding van het gesprek met het team maakt de werkgever een concept werkverdelingsplan. Het concept-werkverdelingsplan zal vervolgens ter goedkeuring aan de MR voorgelegd worden.
kan een werknemer die verlof geniet (bijvoorbeeld bevallingsverlof) dit verlof opschorten om verlof op te nemen op grond van art. 8.6 CAO PO (kort buitengewoon verlof)?
Nee. In art. 8.6 lid 1 CAO PO is opgenomen dat voor het opnemen van kort buitengewoon verlof, de werkzaamheden moeten samenvallen met één van de in dat artikel genoemde omstandigheden. Wanneer deze omstandigheden zich tijdens het verlof van de werknemer voordoen zijn er geen werkzaamheden die samenvallen met de genoemde omstandigheden en is artikel 8.6 CAO PO niet van toepassing.
Wanneer moet voor toelating van kinderen een onderwijsnummer worden aangevraagd?
Artikel 40b Wet op het primair onderwijs en artikel 8.10 Wet voorgezet onderwijs 2020 regelen wanneer een onderwijsnummer nodig is. Voor toelating van leerlingen zonder persoonsgebonden nummer is het verplicht een onderwijsnummer aan te vragen. Indien ouders aannemelijk maken dat zij geen persoonsgebonden nummer van de leerling kunnen overleggen, meldt het bevoegd gezag binnen twee weken na het besluit tot toelating aan de minister de beschikbare gegevens van de leerling, alsmede zijn adres en woonplaats en, indien aanwezig, het leerlingadministratienummer. U kunt dit doen via DUO zakelijk. De minister verstrekt binnen acht weken na ontvangst van de melding aan het bevoegd gezag het burgerservicenummer van de leerling, dan wel, indien is gebleken dat hem niet van overheidswege een burgerservicenummer is verstrekt, het onderwijsnummer van de leerling. Het onderwijsnummer is een door de minister uitgegeven en aan de leerling toegekend persoonsgebonden nummer.
Valt het behalen van de lesbevoegdheid onder de verplichte door werkgevers te betalen opleidingen? Waardoor de werkgever geen afspraken mag maken over terugbetaling?
Onze juridische afdeling ontvangt geregeld de vraag of de kosten voor het halen van een lesbevoegdheid onder een verplichte opleiding valt. In beginsel is dit, volgens de Richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden, niet het geval. En mag een werkgever dus een afspraak maken over terugbetaling. Er zijn echter uitzonderingen. Denk bijvoorbeeld aan een boventallige werknemer die door het volgen van een opleiding herplaatst kan worden. De werkgever is dan wel verplicht deze werknemer de opleiding kosteloos aan te bieden om ontslag te voorkomen. Lees hieronder een uitgebreidere toelichting.
Loop je zelf tegen zo'n situatie aan?
Dan raden wij je aan om de aanbieder van de opleiding te laten toetsen (aan relevante wet- en regelgeving) of jouw werkgever een studieovereenkomst mag opstellen.
Valt het behalen van een lesbevoegdheid onder een verplichte opleiding?
Een uitgebreidere toelichting.
Sinds 1 augustus jl. is het niet meer toegestaan om in alle gevallen een studiekostenovereenkomst te sluiten. Nieuw is dat een opleiding, die de werkgever verplicht aan moet bieden op grond van de wet of cao, door de werkgever moet worden betaald, artikel 7:611a BW.
Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een factsheet gepubliceerd waarin nader wordt ingegaan op de wettelijke verplichting tot het aanbieden van scholing (Richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden (overheid.nl)). Onder het kopje “kosteloze opleiding” staat vermeld dat een opleiding voor een diploma in beginsel niet onder de artikel van de verplichte opleidingen valt. Onder artikel 7:611a lid 2 BW, valt in beginsel niet ook de scholing die noodzakelijk is voor het verkrijgen van een diploma of certificaat waarover de werknemer bij eerste aanvang van de werkzaamheden op grond van een wettelijke verplichting al dient te beschikken om een functie te mogen uitvoeren.
Om les te kunnen geven op een school dient de werknemer te beschikken over een bepaalde onderwijsbevoegdheid. Deze kan worden behaald door een lerarenopleiding af te ronden aan een hogeschool of universiteit. Hoewel deze scholing noodzakelijk is voor het uitvoeren van de functie, volgt uit de voornoemde factsheet dat deze, in beginsel, niet onder verplichte scholing valt als bedoeld onder artikel 7:611a BW. De verplichte scholing van 7:611aBW die de werkgever kosteloos moet aanbieden, is niet per definitie hetzelfde als scholing die wetgever verplicht stelt om bepaalde vakken uit te oefenen. Daaruit volgt niet automatisch dat werkgever verplicht is deze scholing aan te bieden. Werkgever kunnen er namelijk voor kiezen om reeds geschoolde werknemers aan te nemen.