Uitwerking arbeidsmarkttoelage achterstandsscholen bekend
Schoolorganisaties met vestigingen met veel achterstandsproblematiek krijgen extra bekostiging ten behoeve van de arbeidsmarkttoelagen voor onderwijspersoneel. Dat heeft minister Arie Slob op 24 augustus aangekondigd. Het gaat om scholen die te maken hebben met veel uitdagende leerlingen en een extra groot risico op achterstanden.
Op de website van het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) is te vinden welke vestigingen in aanmerking komen voor de arbeidsmarkttoelage en om welke bedragen aan bekostiging het gaat. Daar zijn tevens antwoorden op veelgestelde vragen te vinden.
Het kabinetsbesluit betreft een eenmalige investering voor de duur van twee jaar voor een beperkt aantal scholen (ongeveer 15%). Eerder hebben VO-raad, PO-Raad en vakbonden hier bezwaren tegen gemaakt. Met als belangrijkste argument dat de geschetste (arbeidsmarkt)problematiek structureel van aard is en zich uitstrekt over de gehele sector. Daarom zijn structurele en generieke investeringen nodig.
De aankondiging van Slob volgt op het voor de zomer genomen Kabinetsbesluit om voor de komende twee schooljaren in totaal 375 miljoen euro beschikbaar te stellen voor specifieke arbeidsmarkttoelagen in het primair en voortgezet onderwijs. Het kabinet beoogt hiermee om, zoals de minister dat noemt, scholen met een uitdagende leerlingpopulatie beter in staat te stellen goede medewerkers te behouden en aan te trekken. Volgens de berekeningen van OCW is het mogelijk om gemiddeld een arbeidsmarkttoelage van 8% toe te kennen met een minimum van 5%.
Richtlijn
Voor het toekennen van arbeidsmarktoelagen zijn afspraken nodig met de PGMR. Toen OCW aangaf dat zij ondanks bezwaren, zouden doorgaan met deze regeling, hebben PO-Raad en VO-raad hiervoor een richtlijn opgesteld. De richtlijn is vooral bedoeld als praktisch hulpmiddel om deze afspraken op het niveau van school of schoolbestuur met de medezeggenschapsorganen te maken.