‘Ieder kind verdient gelijke kansen, maar krijgt ze niet’
Het Nederlandse onderwijs is goed, zo concludeert de Inspectie van het Onderwijs vandaag in haar rapport De Staat van het Onderwijs. Maar niet alle leerlingen kunnen er in gelijke mate van profiteren. Kinderen van lager opgeleide ouders schoppen het steeds vaker minder ver dan hun leeftijdsgenoten met hetzelfde IQ en met hoger opgeleide ouders.
Volgens de inspectie zijn diverse factoren debet aan de groeiende ongelijkheid in kansen. Zo zijn hoogopgeleide ouders meer betrokken bij de schoolloopbaan van hun kinderen, gaan die vaker naar huiswerkklassen of volgen zij toetstrainingen. Daarnaast wordt steeds vroeger bepaald welk niveau een leerling aan kan. Basisscholen mogen leerlingen in veel regio’s geen dubbel schooladvies (bijvoorbeeld vmbo/havo) meer geven en het aantal brede brugklassen daalt. Onbewust hebben ook leraren van leerlingen met hoogopgeleide ouders een hogere verwachting van deze leerlingen waardoor hun schooladviezen vaker hoger uitvallen dan bij kinderen van lager opgeleide ouders. Overigens is de gemiddelde hoogte van de adviezen in 2014/2015 vergeleken met het schooljaar ervoor gelijk gebleven.
Zorgelijk, noemt de PO-Raad deze groeiende ongelijkheid. Ze gaat hierover in gesprek met haar leden om duidelijk te krijgen hoe de sector primair onderwijs kan bijdragen aan het oplossen van dit probleem. Voor de PO-Raad staat buiten kijf dat ieder kind gelijke kansen verdient en dat de opdracht van het onderwijs is kinderen die gelijke kansen te bieden. ,,We willen niet terug naar de tijd dat kinderen die voor een dubbeltje worden geboren, geen kwartje kunnen worden’’, benadrukt Rinda den Besten, voorzitter van de PO-Raad. ,,Alle kinderen moeten hun talenten kunnen ontplooien, ongeacht hun achtergrond.’’ Al kan het onderwijs dit niet alleen regelen. Opvang, onderwijs, politiek en maatschappij hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid, stelt de PO-Raad.
Achterstanden voorkomen
Uit het rapport van de Inspectie blijkt dat het opleidingsniveau van ouders sterk bepalend is voor de onderwijskansen van kinderen. Daarom vindt de PO-Raad dat het onderwijsachterstandenbeleid zo moet worden gewijzigd dat er recht wordt gedaan aan alle kinderen die extra aandacht nodig hebben. En daarom verzet de PO-Raad zich tegen de huidige bezuinigingen op onderwijsachterstanden. Het budget om onderwijsachterstanden weg te werken, daalt, terwijl de werkelijke achterstanden niet afnemen. De PO-Raad maakt zich hierover zorgen omdat kinderen die eenmaal een achterstand hebben opgelopen die achterstand vaak nooit meer inhalen.
Om diezelfde reden vindt ze het van groot belang dat de overheid nu investeert in goed onderwijs voor vluchtelingenkinderen. Er zijn dringend leraren, lokalen en extra ondersteuning nodig om te voorkomen dat deze leerlingen onnodige achterstanden oplopen. Het is daarom belangrijk dat er, net als in het voortgezet onderwijs, voor deze leerlingen niet één maar twee jaar geld beschikbaar is om dit mogelijk te maken.
Om zoveel mogelijk uit ieder kind te halen, pleiten de PO-Raad en diverse andere organisaties ook al jaren voor het opzetten van één basisvoorziening voor alle kinderen. In zo’n basisvoorziening kunnen kinderen makkelijk doorstromen van opvang naar onderwijs en zo opgroeien langs een doorgaande ontwikkellijn.
Schooladvies
Sinds 2015 is het schooladvies leidend bij het bepalen naar welk niveau middelbare school een leerling gaat. De eindtoets, die eerder leidend was, geldt nu als een tweede gegeven (een second opinion). Gedachte hierachter is dat een school, die een kind jaren heeft meegemaakt, beter kan inschatten wat een kind in zijn mars heeft dan één momentopname van een toets kan uitwijzen. De Staat van het Onderwijs laat zien dat het schooladvies nog verder te verbeteren valt. De PO-Raad gaat ook hierover met haar leden in gesprek.
Daarnaast wordt er verdiepend onderzoek gedaan om snel meer inzicht te krijgen hoe leerlingen met een bepaald basisschooladvies hun schoolloopbaan in het voortgezet onderwijs vervolgen. Veel basisscholen beschikken nu nog niet over deze gegevens. De PO-Raad kijkt met interesse uit naar de resultaten hiervan omdat die kunnen bijdragen aan het verbeteren van de advisering.
Mede op initiatief van de PO-Raad wordt het wettelijk mogelijk gemaakt dat middelbare scholen resultaten van leerlingen terugkoppelen aan de basisschool waar die leerling vandaan kwam. Scholen kunnen die gegevens gebruiken bij de evaluatie van hun schooladviezen.
Overigens kunnen basisscholen ook in Scholenopdekaart.nl (laten) zien op welk niveau hun leerlingen drie jaar later in het voortgezet onderwijs zitten.
Wat verder opvalt in De Staat van het Onderwijs
|
Wat de Inspectie van het Onderwijs het primair onderwijs wil meegeven
|